n
1935 forceerde Allen Lane (1902-1970) met zijn Penguin
uitgaves de
grote door- braak die aanleiding gaf tot een
formida-bele revolutie in de wereld van
het
boek. Op enkele geslaagde uitzonderingen, zoals de goedkope boeken
van de Duitse uitgever Reclam, die al in de jaren 30 met boekautomaten
werkte, evenals de bijzonder populaire Tauchnitz-serie, droeg het boek
voorheen bijna een cultureel stigma. Het richtte zich tot de elite.
Het moest wat uitvoering betreft aan gedegen, ja zelfs deftige eisen voldoen. In
1937 verschenen de eerste Penguin Specials, op de voet gevolgd door het
weten- schappelijke zusje, de Pelican.
In de Verenigde Staten barstte de grote pocketboek- revolutie los in 1939
met de oprichting van Pocket Books Incorporated. Vanuit Amerika werden ook
tijdens de oorlogsjaren pockets in massale oplagen verspreid ter
verstrooiing van de manschappen. In de jaren 50 werd de Engelstalige
markt, vooral vanuit de States, overstroomd met een onafzienbare
overproductie van stationromannetjes in schreeuwerige covers.
In Duitsland begonnen in 1946 bij uitgeverij Rowohlt de inmiddels bekende
ro-ro-ro-pockets te verschijnen. In Frankrijk waren het de Livres de Poche
die snel de markt veroverden. In Vlaanderen waren het de Vlaamse pockets
van Heideland. In het Nederlandse taalgebied kwam de Arbeiderspers aan het
einde van de jaren 30 met de van Andries Blitz te Laren overgenomen
ABC-pockets. Dit was de eigenlijke voorloper van het Nederlandse
pocketboek dat eerst in het begin van de jaren 50 op grote schaal het
interieur van de boekenwinkels en de koopgewoonten van de
boekenliefhebbers zou gaan veranderen. Het was de begintijd van de
antilopes, witte raven, maraboes, flamingo's, eekhoorns, kamelen, kieviten,
kolibries, kanaries, uilen, valken, tijgers, skeletten, ooievaars, Zwarte
Beertjes, Salamanders. Bijna elk pocketboek kreeg
zijn eigen dierennaam. Zo niet de Prisma's...
   
Reeds
in 1935 werd uitgeverij Het Spectrum opgericht door
twee boekhandelaars: P.H. Bogaard en A.H. Bloemsma. De zaak gevestigd
in een kamer boven een banketbakkerij in de Biltstraat in Utrecht groeide
uit een van de grootste Nederlandse uitgevers. Het Spectrum was in de
beginjaren een progressief katholieke uitgeverij die ernaar streefde een
breed publiek van goede lectuur te voorzien. Daarom werden veel boeken
uitgebracht in het goedkope pocketformaat. Deze formule werd na de oorlog
voortgezet. In 1951, om precies te zijn op 25
oktober, verschenen de eerste Prismapockets. Op
22 februari 1952 kwam het eerste deel uit van de 34-delige
Dickens-serie die eind 1953 kompleet was. Al onmiddellijk was deze een
groot succes. Bij de herdruk van de Pickwickclub bereikte men al vlug een
oplage van 50 000 exemplaren. Eind 1952 behaalde de Dickens-serie een
kwart miljoen exemplaren. In 1955 kwamen acht Prisma Woordenboeken uit die
25 jaar later nog steeds in de schooltassen te vinden waren. In 1957
verschenen de Aula's, het wetenschappelijke pocketboek, de evenknie van de
Engelse Pelicans.
Er volgden nog meer succesvolle reeksen, zoals de Prisma-Detectives, de
vijfigdelige Karl May reeks, in 1963 de Marka's, in 1964 de Prisma
Compendia, in 1967 de Prisma Technica's.
|