Klik op de foto om terug te gaan...

Speelde in een EQ radiodramaHoward Irving Smith (12 aug 1893 - 10 jan 1968)
Lengte: 1 m 70 (19 jaar)
Gewicht: 68 kg (19 jaar)
Ogen: blauw
Huwelijken:
(1) Mildred Agnes Barker, actrice
      (14 feb 1922 - ca 1928)
(2) (Lily K.) Lillian Boardman,
      zangeres, danseres
      (na 1930 - 19 sep 1953) (haar dood)
      geen kinderen
Howard Smith - Lokale jongen nu een vaudeville hoofdact in The Albee ("The Sunday Tribune", 2 feb 1922)
Boven rechts:  Howard Smith - Lokale jongen nu een vaudeville hoofdact in The Albee (The Sunday Tribune, 2 feb 1922)
Howard Irving (Irvine) Smith werd geboren op 12 augustus 1893 in Attleborough City, Massachusetts, V.S. als kind van George H. Smith, een juwelier en Sybil/Sybelle Pollard.

In Providence was "Little Howard" de jongen met de glimlach die hem de favoriet maakte van alle jongens en meisjes in de buurt van Marlborough Avenue - Broad Street. Zijn glimlach ontwapende er gedurende jaren ook alle leraren van Peace Street Grammar en Technical High School.

Hij wou burgerlijk ingenieur te worden en trok naar de McGill Universiteit in Montreal. In Montreal raakte hij bevriend met Luitenant Gitz Rice, die later beroemd werd door zijn lied Old Pal of Mine en andere hits. "We werkten voor een pianowinkel, piano's verkopend, of althans probeerden we dat, overdag, en traden 's avonds op in clubs. Op een maand in februari," herinnerde hij zich, "speelden we op 28 clubbanketten. En op het einde van de maand werden we allebei ontslagen." Denkend dat er iets mis was met zijn zangstem, ging hij naar New York om Dr. Henry Holbrook Curtis, NKO-arts en stemtherapist bij de Metropolitan Opera, die hij had ontmoet, advies te vragen. "Kom hier binnen en laat me je voorstellen aan iemand die je waarschijnlijk beter kan adviseren dan ik," zei Dr. Curtis. Die persoon was niemand minder dan Enrico Caruso, een oude vriend van Dr. Curtis, die in de privékamer een krant zat te lezen terwijl hij op de dokter wachtte. Caruso vroeg hem om voor hem te zingen en was erg vriendelijk en meelevend. "Waarom probeer je geen vaudeville?" vroeg hij. "Ik zal een act voor je schrijven. Kun je een partner vinden - iemand die kan zingen?" Howard dacht even na, herinnerde zich een vriend die net zo berooid was als hijzelf en een mooie stem had. Om een lang verhaal kort te maken, schreef Caruso hen de act, met liederen van hemzelf, en ze speelden die met succes.

Begon ook te werken als secretaris, voorraad aanvuller...
Zijn hoop ooit in de opera te zingen en in Europa te gaan studeren werden de kop ingedrukt met de start van Wereldoorlog I.


Trad voor het eerst op in Williamsburg, Brooklyn, 1915 in vaudeville. Hij vormde samen met zijn vriend Harry Meeker een team en later, als komiek, deelde hij ook de affiche met Frank Fay, Sophie Tucker, James Barton en Bessie Clayton.

In 1916 speelde hij piano voor Hazel Cox in vaudeville. Bij het uitproberen van een sketch ontdekte Miss Cox dat haar begeleider ook komedie kon spelen en hij stapte onmiddellijk in de rol van de rijmeester in haar beroemde act op het witte paard; hij speelde zijn eerste komedierol in vaudeville met Hazel's zus Rae (Ray) Cox.

Zijn eerste optredens op het toneel, voornamelijk op tournee, tussen de variétéboekingen door, vestigden zijn naam als favoriet bij het publiek met mooie vertolkingen.

In zijn eerste stuk The Eternal Magdalene
(48th Street Theatre, 1 nov 1915 - 1 jan 1916) was hij te zien in New York in een ondersteunende rol voor Julia Arthur. We kunnen ook zijn rol van John Bellamy van The Star bevestigen tegenover Eugene Blair in de opvoering van hetzelfde stuk in het Brooklyn Grand Opera House, rond 24 november 1916.

Hij toerde in 1917 als Muggs in Turn to the Right en in april 1918 met May Robson in A Little Bit Old-Fashioned, een melodramatische klucht en Too Much Johnson. Hij deed tussenin dienst
(mei 1917 draft) in de 77th Infantry Division.

Daarna keerde hij terug naar vaudeville in de eerste act van Lewis en Gordon, onder wiens management hij in vijf verschillende acts bleef optreden.


Hij maakte z'n filmdebuut in een stomme film Young America
(Essanay, sep 1918) als Jack Doray. De film werd geregisseerd door Arthur Berthelet en was gebaseerd op de productie van Cohan en Harris, die op de planken zowel in New York als in Chicago een hit was.

Rond april 1919 vroeg zijn vriend Charlie Schofield hem om een kleine rol te spelen in Lilac Time en een andere toneelstuk - hij vergat welke precies - met de Albee Company in Providence. Hij stemde ermee in, maar niemand herkende hem in de kleine rol en make-up.

Howard maakte deel uit van de cast voor de opening van Cleveland's winter stock house, The Prospect, die plaatsvond op 22 sep 1919 toen The Naughty Wife werd gepresenteerd onder regie van Cecil Owens.

Howard Smith speelde de hoofdrol in And Son, een eenakter
(Vancouver, maart 1920). De dialoog werd beschreven als uiterst helder en vol met wat bekend stond als "punches".

Ze hadden elkaar reeds ontmoet (december 1919) in het vaudeville circuit maar pas vanaf december 1920 traden  Howard en Mildred Barker ook samen op in vaudeville, eerst met The Honeymoon (1920-21 met Harry L. Hanson). De sketch, geschreven door Aaron Hoffman, gaat over een jonge man die voornamelijk trouwt om zichzelf in een positie te plaatsen de gewoonte van een bepaald meisje om hem steeds te dicteren te bestraffen. Met zo'n veelbelovend begin hebben zowel auteur als de held een wereld van avontuur voor zich, en wat er zich afspeeld is zeker ook genietbaar te noemen. Het verhaal heeft een twist zo scherp als was die geschreven door George Bernard Shaw zelf, met de 'huwelijksreis' die begint met een 'koninklijk strijdtoneel'.
Een advertentie uit september 1922 voor Howard Smith & Mildred Barker's "Good Medicine".Vaudeville actrice Mildred Barker (1929).
Boven links: Een advertentie uit september 1922 voor Howard Smith & Mildred Barker's Good Medicine
Boven rechts:  Vaudeville actrice Mildred Barker (1929).
 

The Honeymoon werd gevolgd door een snelle sketch, vol situatiehumor, genaamd Good Medicine (1921- nov 23). In dit nummer speelde Howard Dr. Graves wiens patiënt elke symptoom gekend in de medische wetenschap vertoont. Na haar de waarheid te hebben verteld, namelijk dat ze niets mankeert,  onthult die patiënte (gespeeld door Lillian Schaffner), dat ze eigenlijk de geldschieter is voor een nieuw groot hospitaal en op zoek is naar iemand om het te gaan leiden... Mildred had de rol van de dokters vrouw.

Mildred was sedert 14 juni 1911 getrouwd met acteur Roy McNicol (later een bekend schilder) en samen kregen die op 9 september 1915 een zoon genaamd Roy B. McNicol. Mildred's huwelijk met Roy hield geen stand en reeds voor 1920 waren ze gescheiden. Op 30 januari 1921 overleed haar zoon op amper 5 jarige leeftijd, na een korte ziekte van drie dagen, in het Merchants' Hotel, Johnstown, Pa. Mildred trad er toen op in "The Majestic", Johnstown. Howard die blijkbaar ook daar optrad schreef in Vaudeville News in april nog een bedankingsbrief aan iedereen die in "The Majestic" werkte voor de steun aan Miss Barker. Op 14 februari 1922 huwde Howard met Mildred Agnes Barker, in Manhattan, New York.

Na de lange reeks van Good Medicine (1921- nov 23, zie hoger) en een optreden in Red, Green and Yellow van de hand van Paul Girard Smith begonnen ze in het Keith-circuit met een nieuwe sketch genaamd Curiosity (mei - dec 1924), geschreven door Edwin Burke en geproduceerd door Lewis en Gordon, trad ook Carlo De Angelo (soms vervangen door Leslie Adams) er in op. Ondanks dat het werd omschreven als een "opzwepende komedie van duizend lachsalvo's" werd in januari 1925 gemeld dat Howard en Mildred werkten aan een nieuwe sketch voor 1 man en 2 vrouwen. Eerst nog met hun meest succesvolle sketch Good Medicine (dec 1924 - feb 1925) maar vanaf april 1925 tot zeker januari 1926 traden ze op met een nieuwe act genaamd Cross-Roads.

The Fakir (dec 1927) was een wat pretentieus stuk, dat een humoristisch verhaal onthulde over de grillen en perversiteiten van "het schone geslacht", uiteengezet in vijf speciale scènes, allen zeer lachwekkend. Het presenteerde een uitgesproken origineel idee dat zijn volle waarde kreeg door het uitstekende acteerwerk van Mr. Smith en Miss Barker.

Het koppel zou scheiden* en nadien hertrouwde Howard met zangeres-danseres Lillian Boardman, een zangeres/danseres die tot wel 1930 in vaudeville optrad. Ze maakte ook deel uit van "Gus Edwards and his Song Revue," waarin Lillian, beschreven als een mooi blonde sopraan, een groep van 25 eigen opgeleide protegés aanvoerde in een musical extravaganza gedurende de 1910s. Ze woonden in Manhattan.

Rechts:  Tweede echtgenote van Howard Smith, Lillian Boardman in 1922, op 29 jarige leeftijd
Tweede echtgenote van Howard Smith, Lillian Boardman in 1922, op 29 jarige leeftijd. 

Toen in 1928, vaudeville aan zijn zwanenzang begon bemachtigde Smith een rol in de populaire radioreeks The Collier Hour (Blue Network, 1928), en kreeg $35 voor drie minuten werk.

Howard trad op met het stuk The Fakir samen met Betty Gallagher (eerder nog te zien in Good Medicine), vanaf februari 1929 tot februari 1930 waarna in maart deze act volledig overgenomen door Robert Emmett Keane en Claire Whitney. "Howard Smith and Company" traden een laatste keer op in vaudeville met The Fakir eind december 1931 in het Harris Theater in Pittsburgh.

Hij zette zijn radiocarrière verder met The March of Time
(CBS, 1931). Smith kreeg best wel veel werk aangeboden (1934) zoals de volgende anekdote getuigt: "Eén man trad bijna gelijktijdig op in twee, ver van elkaar opgenomen, studio's. Howard Smith speelt gerechtsbeambte in 'The Court of Human Relations' die loopt op CBS om 8:30 p.m. Na zijn opening van een zaak daar trok hij een sprint naar Radio City om er deel uit te maken van een Babe Ruth uitzending tussen 8:45 en 9 p.m. Wat hem wat tijd gaf om zich terug te haasten naar 485 Madison Avenue om het slot te voorzien van het gerechtsprogramma rond 9:15 o'clock."

Pretty Kitty Kelly was een soapserie die werd uitgezonden op CBS tussen 8 maart 1937 en 27 september 1940. Het verhaal draaide om Kitty Kelly (Arline Blackburn), een "goudharig Iers meisje" dat haar weg probeerde te vinden in Amerika. Clayton Bud Collyer was de politieagent die bevriend raakte met haar, en Howard Smith was inspecteur Grady, de Ierse politiechef die zich het lot van Kitty aantrok.

The Inspector brought out a letter. "Here," he said. "Take a look at that-and see if you can make it out." Fotografie door Pinchot, speciaal geposeerd door Clayton Collyer, Arline Blackburn en Howard Smith, van de Pretty Kitty Kelly uitgezonden serie.In 2013 werd een 'verloren' film van Orson Welles herontdekt. Hij regisseerde "Too Much Johnson" in 1938. Dit is een screenshot uit de film waar Howard Smith verschijnt als de Cubaanse plantage-eigenaar, Joseph Johnson.
Boven links: Foto door Pinchot, speciaal geposeerd door Clayton Collyer, Arline Blackburn en Howard Smith, van de Pretty Kitty Kelly uitgezonden serie.
Boven rechts: In 2013 werd een 'verloren' film van Orson Welles herontdekt. Hij regisseerde Too Much Johnson in 1938. Dit is een screenshot uit de film waar Howard Smith verschijnt als de Cubaanse plantage-eigenaar, Joseph Johnson.

Hij was nog eens op Broadway te zien in Miss Quis (Henry Miller's Theater, 7 apr  - 8 mei 1937).

Andere radiooptredens waren er in Thirty Minutes in Hollywood (Mutual, 10 okt 1937 - 3 jul 1938), als chief Brandon in Dick Tracy (NBC-Red, 3 jan 1938 - mei 1938). In deze eerste reeks, met Ned Wever in de hoofdrol, is Dick Tracy op jacht naar een bende die auto's kaapt, en geleid wordt door een schurk wiens identiteit verborgen wordt gehouden achter een respectabel zakelijk front. Terwijl Dick de bende op het spoor is, geeft de chef bevelen aan zijn handlanger om de speurder te "pakken".

Smith verscheen ook als Cubaans plantage eigenaar Joseph Johnson in Welles' herontdekt film Too Much Johnson — en dat in slapstick stukjes voor een theater productie, die kort werd opgevoerd in augustus 1938 alvorens ze werd opgeborgen.

Als lid van het repertoiregezelschap van Orson Welles' CBS radioserie The Mercury Theatre on the Air speelde Smith in "Hell On Ice"
(CBS, 10 okt 1938) en de rol van de ongelukkige  commandant van een bommenwerper in de productie van "The War of the Worlds" (CBS, 30 oktober 1938). The Campbell Playhouse, de gesponsorde voortzetting van The Mercury Theatre bleef Howard als gastacteur behouden in "The Glass Key" (CBS, 10 maa 1939) en "The Things We Have" (CBS, 26 mei 1939).

Howard Smith, Mary Wickes, Orson Welles, Virginia Nicolson, William Herz, Erskine Sanford, Eustace Wyatt en Joseph Cotten net buiten het Stony Creek Theatre gedurende de twee weken opvoering met het Mercury Theatre gezelschap van Too Much Johnson (16-29 augustus 1938)
Boven: Howard Smith, Mary Wickes, Orson Welles, Virginia Nicolson, William Herz, Erskine Sanford, Eustace Wyatt en Joseph Cotten net buiten het Stony Creek Theatre gedurende de twee weken opvoering met het Mercury Theatre gezelschap van Too Much Johnson (16-29 augustus 1938).
In radio's Jane Arden (Blue Network, 1938-1939) vertolkte hij Jack Galloway, een stadsuitgever van The Comet-Globe. Hij werd ook de eerste acteur die Sergeant Velie zou portretteren in de eerste, één uur lange, radioafleveringen van de reeks The Adventures of Ellery Queen (CBS, 18 juni - 12 nov 1939, in 22 afleveringen).

Foto rechts: Howard Smith in 1939
.
Howard Smith in 1939.
Hij zette zijn radiowerk verder met terugkerende gastrollen in Cavalcade of America (Blue & Red Network, 19 maa 1940 - 29 maa 1943 en NBC, 16 jun 1947 - 26 feb 1952, 19 afleveringen), The Columbia Workshop (CBS, 7 jul 1940 - 7 jun 1942, 4 afleveringen), en Crime Doctor (Mutual, 1940 -).
In juni - juli 1942 deed hij 3 radioafleveringen voor This is Your Enemy (Mutual), geproduceerd in samenwerking met de War Production Board.

Hij speelde de rol van Will Brown, Homer's vader, in radio's The Aldrich Family (1943-45) een rol die hij later zou hernemen voor de gelijknamige NBC televisie reeks (1949-1953).

Arthur Hopkins Presents, was een goed uitgevoerde dramatische anthologieserie, gelijkwaardig aan The Lux Radio Theatre, met uitzondering van Arthur Hopkins als gastheer. Howard was in "Our Town"
(NBC, 19 apr 1944) de eerste show van de serie en een paar maanden later weer in "Beyond the Horizon" (NBC, 1 nov 1944).


Tussen zijn radioverplichtingen door was hij op Broadway te zien in Solitaire (Plymouth Theatre, 27 jan - 14 feb 1942), The Life of Reilly (Broadhurst Theatre, 29 apr - 2 mei 1942), Manhattan Nocturne (Forrest Theatre, 26 okt - 13 nov 1943), Decision (Belasco Theatre, 2 feb - 17 jun 1944) and the hit Dear Ruth (Henry Miller's Theatre, 13 dec 1944 - 27 jul 1946).
"Dear Ruth" (1944-1946) met John Dall als Lt. William Seawright, Phyllis Povah als Mrs. Edith Wilkins en Howard Smith als Rechter Harry Wilkins."Dear Ruth" (1944-1946) met opnieuw John Dall en Howard Smith met tussen hen Helen McKellar als Mrs. Wilkins (ze verving Phyllis Povah).
"Dear Ruth" (1944-46) John Dall met Virginia Gilmore (die toen gehuwd was met acteur Yul Brunner) als Ruth Wilkins naast een toekijkende Howard Smith."Dear Ruth" (1944-46) (L-R) Barlett Robinson, Kay Coulter, Howard Smith, Phyllis Povah, John Dall en Virginia Gilmore

Vier foto's uit de toneelvoorstelling Dear Ruth (Henry Miller's Theatre, 13 dec 1944 - 27 jul 1946)
Top links: John Dall als Lt. William Seawright, Phyllis Povah als Mrs. Edith Wilkins en Howard Smith als Rechter Harry Wilkins.
Top rechts: Opnieuw John Dall en Howard Smith met tussen hen Helen McKellar als Mrs. Wilkins (ze verving Phyllis Povah).
Boven links: John Dall met Virginia Gilmore (die toen gehuwd was met acteur Yul Brunner) als Ruth Wilkins naast een toekijkende Howard Smith.
Boven rechts: (L-R) Barlett Robinson, Kay Coulter, Howard Smith, Phyllis Povah, John Dall en Virginia Gilmore.
In 1944 werd voormalig N.Y. toneelproducer Murray Phillips' weduwe Lucille Phillips (meisjesnaam Arnold), hals over kop verliefd op de acteur, Howard Smith. Fysisch met een gezette buik, torende Howard boven Lucy uit. Lucy's dochter Peggy beschrijft hun relatie in haar memoires:

"Omvangrijk en geniaal, met een diep donderende lach, dwong Smith's talent veel respect af in theater kringen. Met zijn vaudeville achtergrond had hij de gave van de komische timing welke door zoveel van zijn medeacteurs werd benijd. Met zijn heldere blauwe ogen, sneeuwwitte haar en baby zachte huid, gelijk hij op een robuuste, baardloze Kerstman.  Howard aanbad mijn moeder en zij hem. Ze dansten tot een stuk in de nacht op Eddie Duchin's muziek op het dak van het Astor Hotel, ging op zondagse uitstappen naar het platte land en genoten van etentjes voor fijnproevers bij kaarslicht. De verkering zette zich door en in december van 1949, werd Howard twee hoofdrollen aangeboden voor nieuwe toneelstukken op Broadway. De ene was een komedie, en omdat de meeste van zijn successen altijd komedies waren geweest, leek hij die rol te verkiezen over de andere, welke een ernstig stuk was "Death of a Salesman". Alvorens te beslissen echter, bracht hij beide scripts meer naar huis gaf ze aan Lucille om ze  mij te laten lezen. Tegen die tijd had ik immers een respectabele reputatie opgebouwd bij het theater als persverantwoordelijke en schrijfster."

Hij verscheen in The Theatre Guild On The Air
(ook bekend als The United States Steel Hour) in "Mornings At Seven" (ABC, 25 nov 1945) en "The First Year" (ABC, 23 maart 1947).

Als een kalende zwaargebouwde Amerikaanse karakter acteur maakte hij de oversteek naar Hollywood in 1945-46 en ging zich specialiseren in rechters, politie officieren, zakenmannen en een assortiment van kolerieke bewindslui. In de daaropvolgende jaren was hij dan ook te zien in films als: Her Kind of Man (Warner, 11 mei 1946), Kiss of Death (20th Century-Fox, 13 aug 1947), Call Northside 777 (20th Century-Fox, 13 feb 1948), State of the Union (MGM, 30 apr 1948) en Street with No Name (20th Century-Fox, 4 jul 1948).

Broadway probeerde hem wel terug naar de Oostkust te lokken met Mr. Peebles and Mr. Hooker
(Music Box Theatre, 10 okt - 12 okt 1946) en The Magic Touch (International Theatre, 3 sep - 13 sep 1947), beide met weinig succes.
1946 repetitie voor "Mr. Peebles and the Mr. Hooker" staand naast Howard Smith (L), zien we Rhys Williams en Randee Sanford (R)."The Magic Touch" (1947) Van L naar R: William Terry als Jeff Turner, Sara Anderson als Cathy Turner, Frances Comstock als Amy Thompson en Howard Smith als J. L. Thompson. De productie opende op 3 sep 1947 en sloot af na twaalf opvoeringen.
Boven links: 1946 repetitie voor Mr. Peebles and the Mr. Hooker staand naast Howard Smith (L), zien we Rhys Williams en Randee Sanford (R).
Boven rechts: The Magic Touch (1947) Van L naar R: William Terry als Jeff Turner, Sara Anderson als Cathy Turner, Frances Comstock als Amy Thompson en Howard Smith als J. L. Thompson. De productie opende op 3 sep 1947 en sloot af na twaalf opvoeringen.
"State of the Union" is een Amerikaanse dramafilm uit 1948 geregisseerd door Frank Capra over de wens van een man om de nominatie als Republikeinse kandidaat voor het presidentschap na te streven, en de manoeuvres van degenen om hem heen. Van links naar rechts: Angela Lansbury, Howard Smith en Katharine Hepburn."Street with No Name" (20th Century Fox, 4 juli 1948) met (L-R) Howard Smith en Richard Widmark.
Boven links: State of the Union is een Amerikaanse dramafilm uit 1948 geregisseerd door Frank Capra over de wens van een man om de nominatie als Republikeinse kandidaat voor het presidentschap na te streven, en de manoeuvres van degenen om hem heen. Van links naar rechts: Angela Lansbury, Howard Smith en Katharine Hepburn.
Boven rechts: Street with No Name (20th Century Fox, 4 juli 1948) met (L-R) Howard Smith en Richard Widmark.
In de oorspronkelijke ondersteunende cast voor hoofdactrice Shirley Booth als Hazel in de radio-uitzending van Hogan's Daughter (NBC 21 juni - 14 september 1949) zat ook Howard Smith als haar vader. Later (1961) werd Howard in de televisieversie van datzelfde programma, nu Hazel genaamd, geïntroduceerd als Harvey Griffin, een frequente klant van het advocatenkantoor van George en Hazel.

Wanneer filmregisseur Kazan Howard Smith aansprak voor een rol in het stuk Death of a Salesman leek die voor velen ogenschijnlijk een vergissing gemaakt te hebben door in de totaal verkeerde hoek te zoeken. Een schreeuwende komiek die in komedies meestal de verontwaardigde vader van tienermeisjes vertolkte. Howard las het script en weigerde het stuk dat zeker het beste was dat hij in zijn leven kreeg aangeboden. Kazan probeerde hem op andere gedachten te brengen. "Dat stuk is verschrikkelijk," beweerde Smith. "Wie zou iets zo triest willen gaan zien?".

Uiteindelijk werd een vergadering vastgelegd met Howard en Arthur Miller aanwezig. Miller, onwetendheid veinzend vroeg Smith waarom hij zo tegen het stuk was. "Die arme man, in God's naam, de zaken die hij door zijn zoon en baas naar het hoofd geslingerd krijgt.  Iedereen zit op zijn kap. Het is verschrikkelijk!".  "Iedereen behalve Charley," zei Miller en hij Smith's ogen oplichten. Hij bleef staan. "Charley geeft Willy goed advies, leent hem geld, maakt zelfs tijdens kantooruren steeds tijd voor hem... Charley probeert echt, Howard."
Howard zat te staren. Uiteindelijk zei hij, "Ik zal er nog eens over nadenken." Diezelfde avond aanvaardde hij de rol. Zijn instinct was net zo goed voor de rol als zijn eigen persoonlijkheid.
Howard Smith en Lee J. Cobb in "Death of a Salesman" (Morosco Theatre, 10 feb 1949 - 18 nov 1950)Thomas Chalmers, Lee J. Cobb en Howard Smith in "Death of a Salesman" (Morosco Theatre, 10 feb 1949 - 18 nov 1950)
Boven: De originele Broadway productie van Death of a Salesman (Morosco Theatre, 10 feb 1949 - 18 nov 1950)
Links: (L-R) Howard Smith en Lee J. Cobb
Rechts: (L-R) Thomas Chalmers, Lee J. Cobb en Howard Smith
Howard Smith (L) met Fredric March in "Death of a Salesman" (1951).Howard Smith in een promotionele foto voor "Death of a Salesman" uit 1951.
Boven links: Howard Smith (L) met Fredric March in Death of a Salesman (Columbia, 20 dec 1951).
Boven rechts: Howard Smith in een promotionele foto voor Death of a Salesman uit 1951.
Dus Smith gaf gestalte aan de rol van Charley in de originele Broadway productie van Death of a Salesman (Morosco Theatre, 10 feb 1949 - 18 nov 1950) maar hij zal het best herinnerd worden voor zijn recreatie van diezelfde rol in de filmversie uit 1951.

In het zog van het succes van Death of a Salesman kreeg hij niet alleen op TV maar ook op Broadway meerdere rollen aangeboden: Mid-summer (Vanderbilt Theatre, 21 jan - 25 apr 1953), The Pink Elephant (Playhouse Theatre, 22 apr - 25 apr 1953), A Red Rainbow (Royale Theatre, 14 sep - 26 sep 1953), Anniversary Waltz (7 apr 1954 - 24 sep 1955).

Op 19 september 1953 (tijdens de opvoeringen van A Red Rainbow!) overleed Lillian gekend onder haar podiumnaam als Lillian Boardman in New York, ze werd 60 jaar.
"The Caddy" (York Pictures, 10 aug1953) met (L-R) Jerry Lewis, Dean Martin, Barbara Bates en Howard Smith (als golf official)."The Second Mrs. Burton" was te horen op CBS Radio met Patsy Campbell als Terry Burton, Dwight Weist als Stan Burton, Ethel Owen (R) als Mother Burton en Howard Smith als Buck Halliday. "Achter Mother Burton's hooghartige vernis zat altijd de angst voor een eenzame oude dag. Nu verdwijnt deze angst als ze haar huwelijk plant met de blufferige, flamboyante Buck Halliday." (1955)
Boven links: The Caddy (York Pictures, 10 aug1953) met (L-R) Jerry Lewis, Dean Martin, Barbara Bates en Howard Smith (als golf official).
Boven rechts: The Second Mrs. Burton was te horen op CBS Radio met Patsy Campbell als Terry Burton, Dwight Weist als Stan Burton, Ethel Owen (R) als Mother Burton en Howard Smith als Buck Halliday. "Achter Mother Burton's hooghartige vernis zat altijd de angst voor een eenzame oude dag. Nu verdwijnt deze angst als ze haar huwelijk plant met de breedsprakerige, flamboyante Buck Halliday" (1955).
First Love was een Amerikaanse soap die van 5 juli 1954 tot 30 december 1955 op NBC Daytime TV te zien was. Hoewel een kort leven beschoren, had het toch 388 (15 minuten lange) afleveringen. Howard speelde rechter Kennedy.

The Gang's All Here (Ambassador Theatre, 1 okt 1959 - 23 jan 1960) was zijn nog eens een optreden op Broadway. In de cast speelde ook Bill Zuckert (voor de EQ fans).
"The Phil Silvers Show" had Howard in een gastrol in de episode "Hollywood" (CBS, 3 jan 1956).Eva Gabor, Howard Smith en Glenn Ford in "Don't Go Near The Water" (1957).
Boven links: The Phil Silvers Show had Howard in een gastrol in de episode "Hollywood" (CBS, 3 jan 1956).
Boven rechts: Eva Gabor, Howard Smith en Glenn Ford in Don't Go Near The Water (MGM, 14 nov 1957).
Op televisie speelde Smith de gewichtige baas Oliver Misrell in een aflevering uit het eerste seizoen van "The Twilight Zone" genaamd "A Stop at Willoughby" (1960) waar hij geërgerd door het verlies van een belangrijke klant James Daly bijna tot waanzin dreef door op hem in te blijven praten, "You need to PUSH PUSH PUSH them!". De "Naked City" aflevering "Debt of Honor" (uitgezonden op 23 november 1960), opent met een pokerspel waarin de dealer, zonder naamsvermelding, werd vertolkt door Howard Smith.
Boven links: Smith in een aflevering van The Twilight Zone genaamd "A Stop at Willoughby" (1960). Rod Serling schreef het scenario, gekweld door de CBS bazen, leek het bijna alsof hij in het script een punt wilde maken, zoals werd getuigd door acteur Jason Wingreen: "Hij maakte Howard Smith, die de baas speelde, een echt ellendig wezen."
Boven rechts: De Naked City aflevering "Debt of Honor" (Shelle, Screen Gems, 23 nov 1960), opent met een pokerspel waarin de dealer, zonder naamsvermelding, werd vertolkt door Howard Smith.
Op televisie speelde Smith de gewichtige baas Oliver Misrell in een aflevering uit het eerste seizoen van The Twilight Zone genaamd "A Stop at Willoughby" (CBS, 6 mei 1960) waar hij geërgerd door het verlies van een belangrijke klant James Daly bijna tot waanzin dreef door op hem in te blijven praten, "You need to PUSH PUSH PUSH them!". Hij verscheen ook in de episode uit het derde seizoen, "Cavender Is Coming" (CBS, 25 mei 1962) met een jonge Carol Burnett. In 1962 was hij ook te zien in een Perry Mason aflevering "The Case of the Unsuitable Uncle" (CBS, 8 nov 1962), als Frank Warden.

Peter Loves Mary was een Amerikaanse situatiekomedie met Peter Lind Hayes en Mary Healy in de hoofdrollen. Het draaide om een showbizzkoppel en hun gezin die van New York City naar de buitenwijken verhuizen (NBC, 12 okt 1960 - 31 mei 1961). Howard speelde de rol van Horace Gibney, de vader van Mary (6 afleveringen).

Hij was een terugkerende gast in de TV serie Hazel (Screen Gems, 12 okt 1961 - 11 maa 1965), die gebaseerd was op een radio reeks Hogan's Daughter (zie hoger), waar hij, gedurende de eerste 4 seizoenen, als George Baxter's norse klant Harvey Griffin niet minder dan 27 keer zijn opwachting maakte.
Howard verscheen als engel in de "Twilight Zone" episode, "Cavender Is Coming" uit 1962.Tony Randall, Burl Ives en Howard Smith in de film "The Brass Bottle" (Universal, 13 feb 1964).
Boven links: Howard verscheen als engel in de Twilight Zone episode, "Cavender Is Coming" uit 1962.
Boven rechts: Tony Randall, Burl Ives en Howard Smith in de film The Brass Bottle (Universal, 13 feb 1964).
Howard in "Hazel" (in "Hazel's Inquisitive Mind", Screen Gems, 11 maa 1965)In "The Corn Is as High as a Guernsey's Eye" (1967) een aflevering van het populaire "Bewitched" aka "De Schone Heks" had Howard Smith (als C.L. Morton) een wel zeer ongebruikelijke tegenspeelster!
Boven links: Howard in Hazel (in "Hazel's Inquisitive Mind", Screen Gems, 11 maa 1965)
Boven rechts: In "The Corn Is as High as a Guernsey's Eye" (26 jan 1967) een aflevering van het populaire Bewitched aka De Schone Heks had Howard Smith (als C.L. Morton) een wel zeer ongebruikelijke tegenspeelster!
Van juni tot - 25 juli 1964 was hij een vervanger voor de rol van R.H. Macy in Here's Love (Shubert Theatre, 3 okt 1963 - 25 jul 1964). Zijn laatste optreden op de planken van Broadway.

Zijn laatste optreden op tv was in de pilootaflevering voor The Hardy Boys. ("The Mystery of the Chinese Junk", 20th Century-Fox, 8 september 1967)

Smith overleed op 10 januari 1968, in een ziekenhuis in Hollywood aan een hartaanval. Hij werd gecremeerd en bijgezet in het familiegraf naast zijn vrouw Lillian in Kensico Cemetery in Valhalla, New York.

Notities:

* Mildred Agnes Barker trouwde een derde keer met Stirman Marvin Meek op 28 november 1933.

** Sommige bronnen, waaronder het uitstekende Radiogoldindex, vermelden alles op naam. Howard Smith is een redelijk veel voorkomende naam. De Howard Smith voorkomend in de door hen aangehaalde The Garry Moore Show was eigenlijk het Howard Smith Orchestra, en er zitten ook vermeldingen bij voor Howard Smith (Representative, Virginia). Beide hebben niets vandoen met "onze" Howard Smith.

Alle vermelde data voor films zijn voor de officiële release in de VS.
Alle vermelde data voor TV programma's zijn die van eerste uitzending.
Alle vermelde data voor (radio)toneelstukken zijn voor de periode waarin de acteur erbij betrokken was.

De feiten in het rood moeten nog bevestigd worden.

 
Klik op Uncle Sam als je denkt ons te kunnen helpen...!  Klik als je denkt ons te kunnen helpen...!
Andere referenties
(1) Wikipedia
(2)
IMDb
(3) IBDB
(4) RUSC

(5) My Brother's Keeper by Peggy Phillips
(6) Death of a Salesman in Bejing by Arthur Miller

(7) OTRRpedia
(8) Playbill.com
(9) Radiogoldindex

Bijkomende video & audio bronnen
(1)
The Twilight Zone Clip "A Stop at Willoughby" (1960) Daily Motion
(2) The Twilight Zone Clip "Cavender is Coming" (1962) YouTube

 
Dit profiel van de acteur hierboven maakt deel uit van Ellery Queen a website on deduction. Deze acteur speelde de rol van Sergeant Velie in één van radioseries.
Vele van de profielen op deze site zijn samengesteld na zeer nauwgezet onderzoek van diverse bronnen. "Please quote and cite ethically!"

Pagina aangemaakt 1 sep 2017  
Laatste update 2 april 2024
  

t e r u g   n a a r    L i j s t   v a n   V e r d a c h t e n


 
Inleiding | Plattegrond | Q.B.I. | Liist Verdachten | Wie?  | Q.E.D. | Moord en scene | Nieuw | Auteursrecht
Copyright © MCMXCIX-MMXXIV   Ellery Queen, een website rond deductie. Alle rechten voorbehouden.