click on photo to go back ...
                       Klik op bovenste deel om terug te keren naar Lijst van Verdachten
 Klik op onderste deel om terug te keren naar Lijst van Verdachten NBC

Richard Levinson  (7 augustus 1934 - 12 maart 1987)






Huwelijk:
(1) Rosanna Huffman, actrice
     (12 apr 1969 - 12 maa 1987, zijn dood)
     Dochter:
     Christin L "Chrissy", schrijver/producer
     (14 jun 1972 - )

Broers of zussen: geen
Richard Levinson ca. 1951, Cheltenham High School
Boven rechts: Richard Levinson ca. 1951,
Cheltenham High School
Richard Leighton Levinson werd geboren op 7 augustus 1934 in Philadelphia, Pennsylvania, als de zoon van Georgia Frances Harbert (1 jan 1905 – 28 dec 1952) en William Levinson (16 aug 1901 – 8 mei 1995), die actief was in de autoonderdelenbranche en bedrijven had verspreid over de VS, Canada en Mexico-Stad. Dick groeide op in Philadelphia.

Ik ging naar de Shoemaker lagere school. Dick ging naar de West Oak Glen School. Hij woonde net buiten Elkins Park. Maar in het eerste jaar van de middelbare school kwamen er veel klassen samen uit andere scholen. Mij werd gezegd uit te kijken naar een lange jongen die dol was op mysteries en goocheltrucs. Aan hem hadden zijn vrienden gezegd dat hij moest uitkijken naar een kleine jongen die dol was op mysteries en goocheltrucs. We ontmoetten elkaar letterlijk tijdens de lunchpauze op de eerste dag van de middelbare school, en we waren meteen vrienden. We deelden die interesses—dat was het fundament van onze vriendschap.(William Link)

Vanaf 1946 begonnen ze kort daarna samen te schrijven, onder andere sketches tijdens zomerkamp. Ze deelden ook verschillende hobby’s.

We lazen elk twee of drie detectives per week en ruilden de exemplaren die we bijzonder goed vonden. Dat was eigenlijk onze toegang—voor Dick en mij—tot een liefde voor het mysteriegenre, dat ons veel leerde over hoe je een verhaal structureert.(William Link)

Hun smaak werd gevormd door gekoesterde momenten met Captain Marvel, Superman, zaterdagmiddagfilms in afleveringen, Walt Disney, Abbott & Costello, John Dickson Carr, Dashiell Hammett, Raymond Chandler, Ellery Queen, Erle Stanley Gardner en radioshows zoals Jack Armstrong, Inner Sanctum, Lights Out en Suspense. Ook vroege televisie speelde een rol—Bill was helemaal verknocht aan Barney Blake, Police Reporter (NBC, 22 apr – 8 jul 1948).

Op Cheltenham High School schreven ze radioscripts. Bill en Dick overtuigden hun ouders om hen bandopnemers te kopen, het type dat populair werd na de Tweede Wereldoorlog. Kort daarna schakelden ze over op bandrecorders—omdat je band kon monteren. Draad was moeilijk te hanteren en onmogelijk te bewerken. Met een geïmproviseerd soort toneelgezelschap begonnen de jonge schrijvers hun eigen radioscripts te schrijven.

Levinson zei hierover: We begonnen radioshows te schrijven en nodigden onze vrienden bij ons thuis uit om die drama’s te spelen. En zoals Mike Nichols ooit zei over Broadway: het is een geweldige manier om meisjes te leren kennen. Dus ze kwamen langs en deden mee. We bewerkten Two Bottles of Relish; we bewerkten Donovan’s Brain... waarbij zijn broer in een rietje blies om het borreleffect te creëren.

William voegde eraan toe: In die tijd begon filmmuziek net opgenomen te worden, en we gebruikten die muziekstukken. We kochten ook professionele geluidseffecten in het centrum van Philadelphia zodat we treinen, verkeer enzovoort konden toevoegen. Op een bepaalde manier deden we op kleine schaal wat we later in onze carrière zouden doen: we produceerden wat we hadden geschreven, met onze vrienden—die we als het ware ronselden—op zaterdagen waarop ze eigenlijk liever gingen voetballen of iets anders wilden doen.

Het duo schreef “sombere” kortverhalen geïnspireerd op Poe en O. Henry, en tijdens hun laatste jaar op de middelbare school werd zelfs een originele musical comedy van hen opgevoerd. Gefascineerd door het mysteriegenre stuurden de klasgenoten regelmatig detectiveromans op naar grote tijdschriften zoals The New Yorker en The Saturday Evening Post. Niet verwonderlijk kwamen de afwijzingsbrieven even regelmatig terug. Ze schreven ook de schoolmusical Election Time, een originele musical comedy die nog steeds herinnerd wordt op Cheltenham High School. Het is daar iets van een legende geworden.

Helaas overleed Bills vader (1951) tijdens zijn laatste jaar van de middelbare school. Dicks moeder stierf het jaar daarop, tijdens hun eerste jaar op de universiteit. Hij had een geweldige vader die wist dat Dick niet in de zakenwereld thuishoorde en zei: “Doe wat je wil—ik steun je.
William Link en Richard Levinson, samenwerkend toen ze nog student waren.
Boven: William Link en Richard Levinson, samenwerkend toen ze nog student waren.

Om op zeker te spelen werden we allebei toegelaten tot de Wharton School of Commerce and Finance, destijds—en nog steeds—de beste business school voor een bacheloropleiding, gevolgd door Harvard voor de MBA. Dat was echt een eyeopener. We speelden op zeker, want in die tijd, als je je ouders vertelde dat je schrijver wilde worden, dachten ze dat je een paardrijder bedoelde. Schrijven werd niet als een levensvatbare carrière beschouwd. (William Link)

Levinson en Link studeerden aan de Wharton School van de University of Pennsylvania, hoewel ze weinig interesse hadden in zaken. Lang voordat filmstudies een officiële discipline werden, analyseerden ze al films en televisiescripts. Hun favoriete schrijver-regisseur was Billy Wilder—ze waren geobsedeerd door alles wat hij maakte—en hun favoriete televisieschrijver was Paddy Chayefsky.

Ze leverden bijdragen aan humor- en literaire tijdschriften van Penn: ze schreven filmrecensies voor The Daily Pennsylvanian, richtten het humorblad Highball op, en schreven mee aan de songteksten van vijf musicals van Penn’s Mask and Wig Club. Die producties waren groots opgezet, op professioneel niveau. De regie, orkesten en partituren waren allemaal origineel, en elk van die musicals kostte zo’n $100.000—wat een enorm bedrag was in de jaren 1950. Dat geld kwam uit de inkomsten van het footballteam van Penn, dat toen erg groot was.

We vonden dat geweldig—schrijven en onze musicals tot leven zien komen. Ze gingen zelfs op tournee tijdens Pasen en speelden in het Forrest Theatre in Philadelphia, een volwaardig theater waar ook voorstellingen zoals 'Oklahoma!' werden opgevoerd. Ik herinner me dat onze beste show een parodie op de filmwereld was, getiteld 'Vamped'. De recensent van 'Variety' schreef: 'Dit script is even goed als wat er momenteel op Broadway loopt.' Wij dachten: ‘Wauw—wat doen we eigenlijk op een business school?’

Wat ons echt over de lijn trok, was wat nu de Gouden Eeuw van de Televisie wordt genoemd. We beseften dat er volwassen, boeiende drama’s voor televisie geschreven konden worden, dus begonnen we nog tijdens onze tijd aan Penn met het schrijven van televisiescripts.(William Link)

Ondertussen hadden ze hun eerste kortverhaal verkocht: “Whistle While You Work”, aan Ellery Queen Mystery Magazine, dat het publiceerde in het novembernummer van 1954. Het is een charmant verhaal over een onderdrukte postbode die ernaar verlangt te ontsnappen aan zijn verstikkende thuissituatie, waar zijn dominante vrouw de plak zwaait. Over een aantal dagen verspreid ontvangt hij vreemd geadresseerde brieven—blauwe enveloppen met zwarte randen—elk gericht aan een andere vrouw. Al snel blijkt dat elke vrouw die zo’n brief ontvangt, brutaal vermoord wordt aangetroffen. Hoewel het daarna nog vier jaar zou duren voor ze weer iets verkochten, was de richting van hun samenwerking duidelijk bepaald.

Ze mochten zelfs samen aan een scriptie werken, omdat het toegestaan was om “publicaties” in te dienen. Ze leverden drie scenario’s in—die uiteindelijk allemaal verkocht werden aan Alfred Hitchcock. Na hun afstuderen werd dat achterpoortje door de school gesloten. “Volgens hen was showbusiness geen echte business.

Beiden behaalden hun diploma aan de Wharton School of Business van de University of Pennsylvania en besloten niet lang bij de pakken te blijven zitten.

De week nadat we afstudeerden, trokken we naar New York. We hadden een contact bij het William Morris Agency, waarschijnlijk het machtigste entertainmentagentschap van dat moment. We ontmoetten Harry Kalcheim, de vader van een vriend van een vriend. Hij was een van de grote agenten—hij produceerde de 'Texaco Star Theater' met Milton Berle en vertegenwoordigde heel wat grote namen. Hij was erg vriendelijk en tekende ons voor twee jaar als schrijvers bij William Morris.

Ik was in de zevende hemel. Ik nam de trein naar huis, kwam binnen, en vond een brief op de schoorsteenmantel. Hij was van Uncle Sam—een uitnodiging om me bij het leger te voegen. Wat een klap. In die tijd gold er algemene dienstplicht—twee jaar actieve dienst, gevolgd door vier jaar in de reserve. Dick was zes maanden jonger, en tegen de tijd dat hij opgeroepen werd, was er net een programma gestart van zes maanden—maar ik moest de volle twee jaar dienen.(William Link)

Link diende van 1956 tot 1958 in het Amerikaanse leger. Tijdens hun legerdienst bleven ze via luchtpost samenwerken aan verhalen. Levinson diende heel kort, en ging daarna aan de slag bij wat nu NBC10 is.

Na zijn terugkeer in het burgerleven trokken de jeugdvrienden weer naar New York, maar ze ontdekten al snel dat de gouden tijd van de live anthologiedrama’s voorbij was. Toen ze terugkwamen, waren ze geschokt: alle grote New Yorkse drama’s waren verdwenen. De televisie was naar Hollywood verhuisd—privédetectiveshows, westerns, sitcoms. Niets meer met de diepgang van de Chayefsky’s of Vidals. Om rond te komen verkochten ze kortverhalen aan bladen zoals Alfred Hitchcock’s Mystery Magazine, Playboy, en andere. Twee van hun scenario’s werden geproduceerd door General Motors Presents, een Canadese anthologiereeks uitgezonden door de CBC.

Hun Amerikaanse televisiedebuut was meteen een sterk begin. Hun script voor Chain of Command, een legerserie die zich afspeelde in het zuiden, werd geproduceerd door Desilu Playhouse en geprezen door TV Guide als een van de beste uitzendingen van het seizoen 1958–1959. Levinson en Link waren pas vierentwintig jaar oud. Het duo besloot hun droom na te jagen in Hollywood en verhuisde naar Los Angeles. Levinson vloog als eerste, terwijl Link dwars door het land reed met zijn goede vriend Mike Rosenfeld, die later agent zou worden bij William Morris en een van de oprichters van Creative Artists Agency (CAA).

De verhuis was een cultuurschok voor twee intellectuele jongens uit Philadelphia en New York, die zich plots omringd zagen door tuinappartementen, paarse verlichting in de bomen, mensen in bermuda’s met Kerstmis, een autocultuur en slecht ontworpen snelwegen. De stad voelde vreemd aan. Er was weinig kunst, geen degelijk symfonisch orkest, slechts één jazzclub, en misschien vijf goede restaurants.

We waren de geweldige restaurants van New York gewend. Hier had je Chasen’s, Scandia, LaRue, Perino’s—en dat was het zowat. We konden niet eens een goed stuk steak vinden. Die van Chasen’s was verschrikkelijk. We dachten: ‘Waar halen ze die steaks vandaan—Zuid-Amerika?’ Maar werk ging voor. We beseften dat dit onze thuis moest worden, en dat werd het bijna onmiddellijk. Zodra we uit het vliegtuig stapten, stonden we onder contract. Four Star Television—Four Star was in die tijd de grootste televisieproducent. (William Link)

Het televisiesucces kwam snel voor het duo—hun eerste jaar leverde naar verluid $50.000 op, een klein fortuin in die tijd. Volgens Link maakte dat indruk op zijn moeder en wekte jaloezie op bij zijn broer. Gedurende het volgende decennium werkten ze gestaag als freelancers en schreven afleveringen voor een breed scala aan mysterie- en dramaseries, waaronder Johnny Ringo, Honey West, The Fugitive en Burke’s Law.

Toch ontbrak het werk aan voldoening, dus besloten Levinson en Link hun tijd te verdelen tussen de theaterscene van New York en de televisie-industrie van Los Angeles. “Toen was er een schrijversstaking in 1960. We waren verbaasd toen Christopher Conover ons kantoor binnenkwam en zei: ‘Wegwezen hier.’ We vroegen waarom—we waren net lid geworden van de Writers Guild—en hij zei: ‘Wel, jullie gilde staakt.’ We konden het niet geloven. We moesten ons kantoor bij Four Star verlaten. De staking duurde bijna zes maanden. We keerden terug naar Philadelphia en werkten aan een roman. We dachten dat we voor live televisie konden schrijven—zelfs tijdens de staking.(William Link)

Toen verscheen luitenant Columbo ten tonele, de politie-inspecteur uit Los Angeles, bekend om zijn sjofele regenjas, goedkope sigaren en het vangen van moordenaars door zich dom voor te doen. Columbo (gespeeld door Burt Freed) verscheen voor het eerst in het door Levinson en Link geschreven mysterie “Enough Rope”, dat werd uitgezonden als een live uitzending van een uur op The Chevy Mystery Show op 31 juli 1960. Een uitgebreide versie van het mysterie zou later een succesvolle toneelproductie ** worden in 1962, ditmaal getiteld Prescription: Murder en met Thomas Mitchell als de sluwe luitenant.

Het toneelstuk ging in première in San Francisco met Joseph Cotten als Dr. Ray Fleming, de charmante psychiater die het perfecte plan bedenkt om zijn vrouw te vermoorden. Agnes Moorehead speelde zijn noodlottige echtgenote. De met een Academy Award bekroonde acteur Thomas Mitchell werd gekozen om luitenant Columbo te vertolken. “Mitchell was geweldig, maar we kregen geen goede recensies,” zei Link. “Het had werk nodig. Maar het ging 25 weken op tournee in de Verenigde Staten en Canada, en het leverde een fortuin op. ... Ze hielden van het personage Columbo. We dachten dat hij een personage van ondergeschikt belang was.

In 1961 begonnen ze een vruchtbare samenwerking met regisseur en tv-presentator Alfred Hitchcock. Het duo droeg twee scripts bij aan het halfuur durende Alfred Hitchcock Presents en vijf aan The Alfred Hitchcock Hour. “Dear Uncle George”, een aflevering uit 1963, bevatte Gene Barry als een man die zijn vrouw vermoordt. Vijf jaar later zou de acteur een vergelijkbare rol spelen in de tv-filmversie van Prescription: Murder (NBC, 20 feb 1968), toen het succesvolle mysterie als televisiefilm werd uitgebracht. De rol van Columbo werd op televisie beroemd gemaakt door Peter Falk, wiens komische timing het excentrieke karakter van de rechercheur tot leven bracht. Vanaf 1968 speelde Falk de rol met tussenpozen tot Columbo Likes the Nightlife (ABC, 30 jan 2003). Vanaf het begin was het format vastgelegd. Het concept achter Columbo is dat het een omgekeerd—of open—mysterie is. In tegenstelling tot de klassieke whodunit, is de moord vanaf het begin zichtbaar voor het publiek. We weten al wie het heeft gedaan. De echte spanning ligt in hoe Columbo de moordenaar gaat pakken—een “hoe-gaat-hij-hem-pakken” in plaats van een “wie-heeft-het-gedaan”.

Steven Spielberg, het “jonge genie” op het terrein van Universal, kreeg de regie toegewezen van “Murder by the Book”, dat werd geselecteerd als de openingsaflevering van het eerste seizoen van Columbo. Het opende deuren waar de toen 24-jarige Spielberg doorheen stormde om zichzelf te vestigen als een van de toonaangevende filmmakers van de 20e en 21e eeuw.

Wat betreft hoe Columbo aan zijn naam kwam—Link en Levinson kregen die vraag jarenlang gesteld, en jarenlang gaven ze verschillende antwoorden. Maar in een interview uit 2011 onthulde Link wat hij geloofde dat de ware inspiratie was achter de iconische naam van hun rechercheur. Het kwam uit een van Billy Wilders grootste films, Some Like It Hot, die in 1959 in première ging. Levinson en Link waren er op de openingsdag bij. Ze bestudeerden het scenario nauwkeurig en bekeken de film talloze keren opnieuw. Pas onlangs viel het Link op wat al die tijd voor hun neus had gestaan: de gangster die de personages van Curtis en Lemmon achterna zit, gespeeld door George Raft, heet gedenkwaardig “Spats”. Zijn volledige naam? Spats Colombo.

Het eerste Hitchcock-script van L&L, “Services Rendered,” bevatte een personage met de naam Mannix (ze hadden een vriend van de middelbare school die William Mannix heette). Ze vonden de naam goed genoeg om hem te gebruiken voor een detectivereeks. De pilot werd herschreven, en daar waren ze niet tevreden mee. Ze verlieten Mannix om naar Universal te gaan. Ze hielden er meestal niet van om bij een serie te blijven—ze zetten die liever op, lanceerden het, haalden de juiste schrijvers erbij, en gingen dan verder. Ze hadden altijd andere projecten in gedachten. “Op Mannix was Mike Connors geweldig. We hadden hem erg graag.” De keiharde privédetective Mannix hield het acht seizoenen vol (CBS, 1967 - 1975).

Richard ontmoette Rosanna Huffman * (12 aug 1938 – 16 mei 2016) op een feestje en na meerdere huwelijksaanzoeken zei ze uiteindelijk ja. Ze trouwden op 12 april 1969 en werden in 1972 gezegend met een dochter, Chrissy. Rosanna, een actrice, zou ook in meerdere Levinson-Link producties te zien zijn.

Gebaseerd op Cat of Many Tails van Ellery Queen, produceerde NBC in 1971 Ellery Queen: Don’t Look Behind You. Het script werd geschreven door Richard Levinson en William Link, die werden gecrediteerd onder het pseudoniem “Ted Leighton” (hun gecombineerde middelste namen), omdat ze niet akkoord gingen met wijzigingen die tijdens hun vakantie in Europa waren aangebracht. Ze hadden gelijk—het is een gemakkelijk te vergeten 96 minuten.

William Link, Peter Falk en Richard Levinson ontvangen de Golden Globe op 28 januari 1973 (voor Beste Acteerprestatie en Beste Serie van 1972) (Foto, Hollywood Foreign Press Association).(L-R) William Link en Richard Levinson voor "The Execution of Private Slovik" (NBC, 13 maa 1974) met een uitstekende Martin Sheen. Geschreven en geproduceerd door Link & Levinson.
Boven links: William Link, Peter Falk en Richard Levinson ontvangen de Golden Globe op 28 januari 1973 (voor Beste Acteerprestatie en Beste Serie van 1972) (Foto, Hollywood Foreign Press Association).
Boven rechts: (L-R) William Link en Richard Levinson voor
The Execution of Private Slovik (NBC, 13 maa 1974) met een uitstekende Martin Sheen. Geschreven en geproduceerd door Link & Levinson.
In The Gun (ABC, 13 nov 1974) wordt het "leven" van een pistool gevolgd, van de productie tot het uiteindelijke lot, en worden de effecten getoond die het wapen heeft op zijn verschillende eigenaren. Richard en William produceerden het en schreven het verhaal samen met Jay Benson.
Boven: In The Gun (ABC, 13 nov 1974) wordt het "leven" van een pistool gevolgd, van de productie tot het uiteindelijke lot, en worden de effecten getoond die het wapen heeft op zijn verschillende eigenaren. Richard en William produceerden het en schreven het verhaal samen met Jay Benson.

Ze lanceerden de veelgeprezen maar kortlopende Adventures of Ellery Queen (NBC, 1975 - 1976). Link legde uit: “Ellery Queen was gebaseerd op de romans die we als kinderen hadden gelezen. We wonnen de Edgar Allan Poe Award voor Beste Mysterie Film van het Jaar. Tijdens het banket in New York greep een oude man me vast en zei: 'Ik ben Ellery Queen.' Het was Fred Dannay. De naam was een pseudoniem voor twee neven. Zijn neef was overleden. We brachten een dag door met hem in Larchmont, Long Island. Het was geweldig.

We kregen Jim Hutton en David Wayne— die was geweldig als de vader. Het werd echt het sjabloon voor Murder, She Wrote. De aanwijzingen in 'Ellery Queen' waren te moeilijk. We realiseerden ons dat we ze makkelijker moesten maken zodat het publiek zich slim kon voelen en verder bleef kijken.

We stonden tegenover Sonny and Cher, die net weer waren herenigd en een nationaal evenement waren geworden. Het was een moeilijke tijdslot. Maar we hadden plezier. Elmer Bernstein schreef het thema. We plaatsten de afleveringen in een gestileerd New York van de jaren 1940—een van onze favoriete periodes. Als we sommige van deze oude shows terugkijken, houden ze nog steeds stand.

Het hielp ook niet dat Brandon Tartikoff, hoofd van NBC, de show niet leuk vond, waardoor deze werd afgevoerd.

In Ellery Queen was er een opmerkelijke chemie tussen Hutton en Wayne, die samen een robuust en overtuigend duo vormden, dat elkaar moeiteloos aanvulde in hun prestaties.
Levinsons vrouw Rosanna Huffman was twee keer te zien in "Ellery Queen". In de pilot "Too Many Suspects" (NBC, 23 maa 1975) speelde ze een radio-actrice, en in "The Adventure of the Black Falcon" (NBC, 4 jan 1976) speelde ze Nancy McGuire, hier te zien.

Top: In Ellery Queen was er een opmerkelijke chemie tussen Hutton en Wayne, die samen een robuust en overtuigend duo vormden, dat elkaar moeiteloos aanvulde in hun prestaties.
Boven links: In september 2010 werd een DVD-boxset uitgebracht met de complete pilot en een Ellery Queen-featurette, met deelname van de mede-bedenker van de serie, William Link. David Lambert van tcshowsdvd verzorgde deze sneak preview.
Boven rechts: Levinsons vrouw Rosanna Huffman was twee keer te zien in Ellery Queen. In de pilot "Too Many Suspects" (NBC, 23 maa 1975) speelde ze een radio-actrice, en in "The Adventure of the Black Falcon" (NBC, 4 jan 1976) speelde ze Nancy McGuire, hier te zien.
James Goldstone, Richard Levinson en William Link. Goldstone regisseerde "Rollercoaster" (Universal, 17 jun 1977) waarvoor ons duo het verhaal/het script verzorgde.Levinson en Link met hun 1980 Edgars voor "Murder by Natural Causes" in de categorie "Beste TV-film of Miniserie".
Boven links: (L-R) James Goldstone, Richard Levinson en William Link. Goldstone regisseerde Rollercoaster (Universal, 17 jun 1977) waarvoor ons duo het verhaal/het script verzorgde.
Boven rechts: Levinson en Link met hun 1980 Edgars voor Murder by Natural Causes in de categorie "Beste TV-film of Miniserie".

Hij werd genomineerd voor de Tony Award van Broadway in 1983 als Beste Boek (Musical) samen met samenwerkingspartner William Link voor Merlin (Mark Hellinger Theatre, 10 dec 1982 - 13 feb 1983).

Op een bepaalde manier werd 'Ellery Queen' echt het sjabloon voor 'Murder, She Wrote', omdat, terugkijkend, de aanwijzingen te moeilijk waren—ze waren te ingenieus. En we leerden: geef het publiek een kans. Het zou echt een eerlijk gevecht moeten zijn tussen ons en hen. Daarom, toen we uiteindelijk 'Murder, She Wrote' met Angela deden, maakten we de moorden iets gemakkelijker te raden, zodat het publiek ze kon oplossen. Na zichzelf op de schouder te hebben geklopt, kwamen ze terug om ons weer te kijken de volgende zondag. Ik bedoel, er was een methode in onze waanzin—en onze “versimpeling”, zoals het was. Maar 'Ellery Queen' was een zeer goede ervaring.” (William Link)

De makers van Murder, She Wrote werden aanvankelijk door CBS-executive Harvey Shepherd gevraagd om een mysterieserie te ontwikkelen voor actrice Jean Stapleton. Hoewel ze een pilot script voor haar hadden geschreven, begreep ze het niet en weigerde uiteindelijk de rol.

We waren altijd al fan van Angela Lansbury. We hoorden dat ze beschikbaar was, maar het televisiepubliek kende haar eigenlijk niet. Ze was een filmster. Ze was in de eerste film van Liz Taylor, waarin ze de oudere zus speelde. Ze had veel geweldig werk gedaan. Ze was ook de originele Tante Mame op Broadway. We hielden van haar.

Maar we dachten, als we haar naam bij Harvey Shepherd brachten, waren we dood—hij zou ons zijn kantoor uit schoppen. Maar we hadden niemand anders, en we dachten, 'Ze is Engels, ze komt uit die hele Britse moordmysterie-traditie. Ze zou echt goed zijn. Ze is een prima actrice.' Dus we dachten, 'Wat hebben we te verliezen?' Nou—de serie. Maar wat maakt het uit.

We liepen Harvey’s kantoor binnen bij CBS City en gooiden haar naam in de ring. Zijn ogen lichtten op. Het bleek toevallig dat zijn vader—volgens mij een slager op Long Island was—deel uitmaakte van een grote toneellievende familie. Ze gingen naar alle musicals kijken. Ze waren enorme Angela Lansbury-fans.

Harvey zei: 'Als je haar kunt overhalen, zenden we het uit!' (William Link)

Na zowel hun script als een ander aanbod van Norman Lear te hebben gelezen, koos Lansbury voor Murder, She Wrote. Haar casting bleek cruciaal, aangezien het succes van de show sterk afhankelijk was van de juiste hoofdrolspeler. De producenten gaven haar uitvoering de eer dat de serie uitgroeide tot een televisieklassieker die twaalf seizoenen liep (1984 - 1996).

Richard Levinson, op 52-jarige leeftijd, overleed op 12 maart 1987 aan een hartaanval in Brentwood, Los Angeles. Een zware roker – drie pakken per dag, soms vier onder stress – was hij al vanaf zijn tienerjaren, met Link aan zijn zijde toen hij zijn eerste sigaret aanstak. Link vreesde altijd dat het hem ooit zou doden, en Levinson wist het ook – “maar hij was verslaafd.”

Hij vertelde het mensen op zijn eigen elliptische, vervormde manier: nooit rechtuit,” zei Nelson. “We hebben zelfs de avond voor zijn dood met hem gegeten.” “Eigenlijk anderhalve dag voor hij stierf,” voegde Link toe. “En hij vertelde ons dat hij pijn had in zijn borst en zijn linkerarm. Hill zei, 'Je hebt morgen een afspraak bij de dokter. Ga.'” “Ik zorgde ervoor dat hij de afspraak maakte,” zei Link. “Maar hij ging niet. Om vijf uur die avond vertelde hij me schoorvoetend via de telefoon. Ik was echt boos op hem. De volgende ochtend kwam hij uit de douche en stierf. Als hij was gegaan, hadden ze hem binnen een uur op de intensive care gehad; hij zou hier vandaag zijn.(William Link - Margery Nelson) (5)

Zijn dood verwoestte William, die therapie zocht om ermee om te gaan en een manier te vinden om door te blijven schrijven. Zelfs toen voelde hij de aanwezigheid van zijn partner. “Ik denk dat Dick op mijn schouder zit en me zegt, 'Bill, je kunt dat beter doen met die zin.'

Link zette zijn carrière als schrijver en producent in verschillende media voort. In 1991, als eerbetoon aan Levinson, schreef hij het script voor de tv-film The Boys (1991), met James Woods en John Lithgow in de hoofdrollen. “Dit is echt mijn afscheid van Dick Levinson, want helaas had ik niet het voorrecht dit in het echte leven te doen.(William Link) Hoewel het verhaal in de film fictie was, was de ziel van de film dat niet.

The Boys gaat over twee schrijfpartners, Artie Margulies (John Lithgow), een kettingroker, en Walter Farmer (James Woods), een niet-roker; zij proberen om te gaan met Walters naderende dood door longkanker, die hij waarschijnlijk heeft opgelopen door de secundaire rook van Artie. Het uitgangspunt is fictief. (In het echte leven was Levinson de roker) Maar het emotionele centrum van de film – de relatie tussen Walter en Artie – is heel erg gebaseerd op de werkelijkheid. Een beknopte beschrijving van het plot zou iemand kunnen doen verwachten dat het een prekerige anti-rook polemiek is; het is echter een uitbundige zwarte komedie met een ongewoon risicovolle rand. (5)

De mensen die ons kennen, vonden dat Lithgow in bepaalde scènes heel erg op mijn partner leek. In feite kwamen ze naar me toe en vroegen, 'Heeft Lithgow Dick ooit ontmoet?'(William Link) (5)

In 1995 werden Richard Levinson en William Link opgenomen in de Hall of Fame.

Rosanna Huffman, die ervoor koos geen behandeling te zoeken en haar laatste dagen thuis door te brengen, overleed op 20 mei 2016 aan de gevolgen van alvleesklierkanker in haar huis in Santa Monica.

William Link stierf op 27 december 2020 aan hartfalen in Los Angeles, twaalf dagen na zijn 87e verjaardag.

 
Notes:

* Rosanna Huffman verscheen in twee afleveringen van NBC’s Columbo — één als de handlanger van een kunstcriticus gespeeld door Ross Martin in de aflevering "Suitable for Framing" uit 1971 — en in zeven afleveringen van CBS’ Murder, She Wrote gedurende een decennium.

Huffman had ook terugkerende rollen in series zoals Murder One en Hill Street Blues — als de ex-vrouw van Lt. Henry Goldblume (Joe Spano) — en verscheen in shows zoals The Big Valley, Mission: Impossible, The Streets of San Francisco, Ellery Queen, Barnaby Jones, The Golden Girls, Family Ties, Cagney & Lacey en ER.

** Ze hadden gewerkt aan een andere Broadway-musical waarbij ze "aanvullend materiaal" hadden geleverd voor de kortlevende Vintage '60 (Brooks Atkinson Theatre, 12 sep - 17 sep 1960).



Alle vermelde data voor films zijn voor de eerste release in de VS.
Alle vermelde data voor TV programma's zijn die van eerste uitzending.
Alle vermelde data voor (radio)toneelstukken zijn voor de periode waarin de acteur erbij betrokken was.


De programma's, feiten of datums in het rood moeten nog bevestigd worden.


 
Klik op Uncle Sam als je denkt ons te kunnen helpen...! Click if you think you can help out...!

Andere referenties
(1) Wikipedia
(2) IMDb
(3) William Link, official website

(4) Richard Levinson, biography at Film Reference
(5) "The Boys is really my farewell to Dick Levinson, says Bill Link"
     Lynn Hoogenboom (Santa Cruz Sentinel, Apr 14. 1991)
(6) IBDB
(7) Playbill

(8) Richard Levinson; Co-Wrote a String of Hits for Television
     (LA Times, Mar 13. 1987)
(9) Ten Questions for William Link Andrew McAleer (2007)
(10) The Columbo phile: a casebook Mark Dawidziak (1989)

Bijkomende video & audio bronnen
(1) 2018 Edgar Awards Grand Master William Link MWA, YouTube
(2) Peter Falk’s Acceptance Speech for Columbo, Emmys Archive (1972)
(3) The Writer Speaks part 1 - The Writer Speak part 2
     The Writers Guild Foundation, YouTube
(4) William Link on his writing partner, Richard Levinson
      FoundationInterviews, YouTube
(5) William Link on creating Murder, She Wrote FoundationInterviews, YouTube
(6) Richard Levinson and William Link Hall of Fame Induction
     Television Academy 1995

 
Dit profiel hierboven maakt deel uit van Ellery Queen a website on deduction. De producer hierboven produceerde de Ellery Queen tv-serie van 1975-1976. Vele van de profielen op deze site zijn samengesteld na zeer nauwgezet onderzoek van diverse bronnen. "Please quote and cite ethically!"


Pagina aangemaakt 2 mei 2025 
Versie 1.0 - Laatste update 2 mei 2025 

t e r u g   n a a r   d e   L i j s t   v a n   V e r d a c h t e n
t e r u g   n a a r   d e   L i j s t   v a n   V e r d a c h t e n   N B C


 
Inleiding | Plattegrond | Q.B.I. | Liist Verdachten | Wie?  | Q.E.D. | Moord en scene | Nieuw | Auteursrecht
Copyright © MCMXCIX-MMXXV   Ellery Queen, een website rond deductie. Alle rechten voorbehouden.