NAAR PAGINA: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 |
ELLERY QUEEN MYSTERY MAGAZINE (3)
oen Frederic Dannay
en Manfred B. Lee in 1941 beslissingen
namen over de richting waarin hun nieuwe magazine moest gaan, bestond
er nooit enige twijfel over het feit dat het globaal gericht zou zijn. Beide
mannen hadden een kosmopolitische smaak en een brede kennis van de
wereldliteratuur. Het is ondertussen één van de aantrekkingspunten van EQMM
geworden dat Dannay, die al snel het hoofdredacteurschap op zich nam, in
zijn pagina's elke grote schrijver in de geschiedenis minstens door één
detectiveverhaal wilde vertegenwoordigd zien. In zijn eerste jaren
verschenen in
EQMM meestal herdrukken van de grote namen uit de fictie van
verschillende landen (zowel bekend binnen als buiten het genre).
Terwijl de Engelstalige edities van het magazine hun weg vonden naar
alle hoeken van de wereld, waren er ook vele toegelaten uitgaven in
vreemde talen—tot zelfs sommige die niet toegelaten waren. Zoals
vertaler Donald A. Yates zich herinnerde: "Ik ging in 1958 naar Mexico
om er de Mexicaanse misdaadliteratuur te bespreken voor een artikel dat
ik aan het schrijven was. Enthousiast als ik was vertelde ik honderduit
aan Fred [Dannay] over een Spaanse editie van EQMM die ik in Mexico City
vond. Maar dat bleek voor hem nieuws te zijn. Kort daarop, werd de
publicatie gestopt. Een ondernemende kerel in Mexico
City moet gedacht hebben dat imitatie een vorm van vleierij was." |
Het magazine verscheen maandelijks in het Engels, Frans, Italiaans, Duits,
Portugees, Spaans, Japans en het Nederlands. Een overzicht! |
|
Gedurende de Tweede Wereldoorlog (1944-1946), werd nummers van Ellery Queen's Mystery Magazine verdeeld onder de Amerikaanse strijdkrachten met ofwel het opschrift "Special Edition for the Armed Forces Overseas" of "Overseas Edition for the Armed Services" op de kaft. Ze mochten geen publiciteit uit de Amerikaanse uitgaven bevatten, dus werden de 3 openingspagina's meestal vervangen door ofwel een extra verhaal of er werd aan het eind een extra puzzel voorzien. | |
Er was een Australische herdruk beschikbaar beginnend in juli 1947 en eindigend nov 1964. "Geregistreerd in Australië voor verdeling via de post als blad" dit door een speciale overeenkomst tussen Mercury Publication Inc. New York, N.Y. USA. en de uitgevers Consolidated Press Ltd. Sydney (Gedrukt bij Compress Printing Ltd. Sydney Australia). Volgens een krantenartikel uit 1954 verkocht het sedert de start in 1947 niet minder dan 18 720 000 exemplaren! | |
Gezien de taal, anders dan men zou vermoeden kreeg ook het Verenigd
Koninkrijk een eigen editie van, EQMM. Het droeg dezelfde naam en werd uitgegeven door Mellifont Press. |
|
Ellery Queen
Mystère Magazine of kortweg
Mystère Magazine waren de titels waaronder het magazine werd
verkocht in het Frans. Logisch dat de prijzen voor Frankrijk,
Zwitserland en België op de kaft terug te vinden waren. Editions OPTA,
Paris publiceerde tussen 1948 en okt 1976, 343 nummers. OPTA gaf tussen
1961 en 1975 ook Alfred Hitchcock magazine uit.
Georges Rieben is vooral bekend als de oprichter, in 1972, van de "Le Prix Mystere de la critique" een prijs die tot op de dag van vandaag wordt uitgereikt aan het best Franse en buitenlandse detective verhaal. In december van 1969 werd deze Georges Rieben samen met drie vrienden gevraagd om het roer over te nemen van Maurice Renault, deze had toen de leiding over Ellery Queen Mystère Magazine. Renault was al enkele jaren zwaar ziek en de verkoop van het tijdschrift leed hier onder. Deze drie vrienden waren, Luc Geslin (filmfotograaf), Jean-Claude Guilbert (schrijver, journalist) en Bernard Rapp (televisie en film). Snel bleef alleen Luc Geslin over die het hoofdredacteurschap op zich nam wat voornamelijk bestond uit het uitkiezen van de kortverhalen en ze, zo nodig, laten vertalen. Met Rieben herleefde Mystère Magazine voor een korte tijd. Nadat Daniel Domange, de directeur van de OPTA uitgeverij, in 1971 om het leven kwam bij een vliegtuigongeval kwam de uitgeverij onder slecht management met uiteindelijk liquidatie van het bedrijf in december 1981. Reeds in okt 1976 bracht Mystère Magazine zijn laatste nummer uit. Samen met Luc Geslin probeerde Rieben met Magazine du Mystère (Editions Trega, Toulouse) een doorstart te maken. Zonder samenwerking met EQMM werd althans visueel geprobeerd de indruk te geven dat het een voortzetting was van Mystère Magazine. Tevergeefs zo bleek, volgens Rieben vooral door een gebrek aan een professionele distributiedienst, want het initiatief bleef beperkt tot 12 nummers (tussen 1976 en 1978). In december 1981 verscheen het eerste nummer van, wat de tweede reeks van Mystère Magazine Ellery Queen (Editions D'Iéna, Paris) moest worden met Luc Geslin als hoofdredacteur en Marc Bourgès-Maunoury als directeur. George Rieben maakte deel uit van de redactie. Wellicht bleef het bij dit eerste nummer... |
|
Italiaanse lezer kregen het magazine in twee versies aangeboden, één
uitgegeven door Garzanti genaamd
I Gialli di Ellery Queen
(1950-1956) een ander onder de naam
La
Rivista di Ellery Queen (1956-1957)
door Mondadori, eigenlijk een volledig supplement bij Il Gialli
Mondadori
een Italiaanse reeks van detective/misdaadverhalen. Later (na
1957) werd een korter supplement (met artikels en kortverhalen) onder
dezelfde naam voorzien in elk boek dat wekelijks(!) werd uitgebracht in de
serie Il Gialli Mondadori. Deze uitgever bracht ook andere Ellery Queen gerelateerde publicaties uit zoals Ellery Queen Presenta, een bloemlezing die vier maal per jaar werd uitgebracht. Ook vandaag de dag is Mondadori nog steeds zeer actief en publiceert minstens eens per jaar Ellery Queen verhalen! |
|
Ook in het Duits verscheidene incarnaties. Reeds in 1949 werden zes uitgaven
gepubliceerd door Panther (Lausanne) met de naam
MM Detektiv. De
verdeling
in Duitsland gebeurde door boeken -en tijdschriftenuitgeverij Reinhold M.
Sauerwein, Frankfurt am Main.
Pas vijf jaar later durfde een andere uitgeverij
Aufwärts uit Berlin het nog eens aan en vanaf juni 1954 werden in totaal 7
uitgaves van
Ellery Queen's Kriminal Magazin
gepubliceerd. Vanaf 1961 publiceerde Wilhelm Heyne Verlag uit München een selectie van EQMM uitgaven in pocketformaat, eerst nog in de algemene reeks van hun uitgaven later als een soort spin-off. Om na enkele jaren toch eens het Amerikaanse digest formaat uit te proberen. Dat gebeurde in 1966 - 1967 met dertien uitgaven. Daarna (1967-1992) publiceerde Heyne nog een 100 tal pocketbook uitgaven van Ellery Queen's Kriminal Magazin met een nummering die de nummering van de reguliere Queen boeken doorkruiste... |
|
De versie in de Portugese taal was voornamelijk bedoeld voor de Braziliaanse markt. Sinds zijn lancering in mei 1949 werd het uitgegeven door Revista do Globo S. A., in Porto Alegre aanvankelijk onder de naam Mistério Magazine. Later onderging het magazine nog enkele naamswijzigingen naar Mistério Magazine de Ellery Queen of Ellery Queen Misterio Magazine in 1974 het laatste jaar van uitgave. | |
In 1962-63 werden acht uitgaves van het Finse magazine Ellery Queenin jännityslukemisto uitgegeven door Gummerus. In de daaropvolgende jaren volgden nog een aantal pogingen met Maailman parhaat jännärit (1971), Ellery Queens valitut jännärit (1977) en Ellery Queen Jännityksen Mestari (1988-1991). Telkens, jammer genoeg, met beperkt succes. Gummeris verraste dan ook in 2000 met de heruitgave van hun eerste EQMM uitgaves uit 1963. | |
Kroki Krimi (1/1988 - 10/1990): een, toch wat vreemd klinkende naam voor de Hongaarse incarnatie van EQMM. Het bevatte ook geselecteerde verhalen uit Alfred Hitchock's Mystery Magazine. | |
De Griekse uitgave Περιοδικό Έλλερυ Κουήν werd voor het eerst gepubliceerd door Dioptra (ΔΙΟΠΤΡΑ) met Thanos Tataris (Θάνο Τάταρη) als uitgever en Giannis Karastathis (Γιάννη Καραστάθη) als redacteur in mei 1983. Werd elke 15de van de maand uitgebracht. Het is niet gekend wanneer men met de publicatie stopte. Er is wel een uitgave voor januari 1984. | |
Spaanstalige uitgaves kun je over gans de wereld terugvinden. De Chileense versie werd reeds in 1953 gepubliceerd onder de naam Selecciones Ellery Queen door Zig Zag (in Santiago de Chile), voluit Selecciones Ellery Queen de Crimen y Misterio. (1953-1954) . Het werd uitgegeven na een akkoord met Mercury en maakte de Amerikaanse verhalen toegankelijk voor een Latijns-Amerikaans publiek. De contractuele verplichting om zich precies tot die Amerikaanse verhalen te beperken deed het tijdschrift de das om en het slaagde er niet in om het schrijven van detective verhalen aan te moedigen (D. Yates). | |
De Mexicaanse uitgave van Editores Novaro (San Bartolo Naucalpan) droeg de naam Coleccion de Misterio Ellery Queen. (1955-1957). Het had een oplage van 20.000 exemplaren, het laatste nummer verscheen op 30 december 1957. Aanvankelijk bevatte ze eerder in EQMM verschenen verhalen, maar ook zij introduceerden een wedstrijd voor kortverhalen om zo uiteindelijk ook Mexicaanse verhalen in de uitgaven op te nemen. De ingestuurde verhalen overschreden hun verwachtingen zowel in kwaliteit als aantal en zorgde er uiteindelijk voor dat er een nieuw magazine het daglicht zag genaamd Aventura y Misterio (Originales en Castellano) (1955). | |
De Spaanse uitgave van EQMM
werd in 1954 eerst uitgegeven onder de naam Ellery Queen
Revista de Misterio door Editorial Ahr-Aribau uit Barcelona. M.Y.N.E. s.a. (Barcelona) publiceerde dan weer (Antologia) Mystery Magazine (Ellery Queen's) tussen 1963 en december 1968 met de ondertitel "la revista de misterio mas leída del mundo". De uitgever voorzag tevens een Spaanse versie van AHMM en publiceerde regelmatig ook in samenwerking met EQMM bloemlezingen onder de titel (Antologia...) |
|
Met Martin Renaud als
editor en maandelijks gedrukt in Argentinië werd die Spaanstalige
uitgave gewoon Ellery Queen's
Mystery Magazine
(Los Mejores Cuentos Policiales Del Mundo)
genoemd, het eerste nummer verscheen in december 1975,
nogal ambitieus met 160 pagina's per nummer en een oplage van 30000
exemplaren (!). Uitgeverij Orion stopte er echter mee na slechts 11
uitgaven (oktober 1976). Naar verluid kregen de laatste nummers de
nieuwe titel Ellery Queen's Crimen y Misterio. Terwijl uitgeverij Aura (alweer uit Barcelona) tenslotte voorzag ons van de jaren '70-versie genaamd Ellery Queen's Magazine de Misterio (Los Mejores Relatos Policiales Del Mundo) (1976-1977). |
|
Världsdeckaren werd uitgegeven in Zweden (Stockholm) in 1952-1954. Het zeer opvallende en mooie tekeningen zowel op voor als achterflap van de hand van Olle Eksell, Fritjof Pedersén and Per Silfverhjelm. |
|
In 1968-1969 werd nog een poging ondernomen door Hemmets Journal (Malmö) onder de naam Ellery Queen's Kriminal Pocket werden minstens 10 nummers gepubliceerd. | |
Deze poging verscheen ook in Noorwegen in vrijwel identieke vorm, zowel naar uitzicht als inhoud, onder de titel Ellery Queen's Krim Magasin, 6 nummers in 1968 en 3 in 1969. Daar was de uitgever A/S Hjemmet - forlagsavdelingen (die later met Egmont zou fusioneren). | |
Dit initiatief werd ten slotte ook in Denemarken herhaald, opnieuw met grotendeels dezelfde kenmerken, maar onder de titel Ellery Queen's Krimi Magasin (1968-1969). Het werd uitgegeven in de vorm van een digest en uitgeverij Egmont leverde in totaal 10 nummers af, 7 in '68 en 3 in '69. | |
Het tijdschrift werd 1969 voortgezet door Forlaget Spektrum onder de
titel Ellery Queen
Kriminalmagasin (1969-1971). Het werd een onafhankelijke subreeks van "Spektrums Pocket Books" (Spektrums Pocketbøger). Hiervan verschenen minstens 21 nummers; alles in uniforme uitvoering en indeling en met ca. 128 pagina's. Het formaat werd gewijzigd in het meer gebruikelijke pocketboekformaat van ca. 11,5 x 18 cm. De inhoudsopgave staat op de achterkant. De kleur van de "Q" en de achterkant zijn hetzelfde en verschillen per uitgave. |
|
エラリイクイーンズミステリマガジン of EQMM was de eerste Japanse versie van het beroemde tijdschrift. Het werd tussen juli 1956 en 1965 uitgegeven door Tor Books. In juli 1959 (Nr.37) werd voor het eerst het winnende kortverhaal van een wedstrijd gepubliceerd. Daarna verschenen sporadisch nog Japanse auteurs in de uitgaves. | |
Met het januari nummer van 1966 werd het magazine omgedoopt tot "Hayakawa Mystery Magazine". De contractuele relatie met de 'moederuitgave' EQMM had werd in 1977 opgeheven. Maar het magazine behield wel zijn focus op buitenlandse auteurs. In 2006 vierde het zijn 50 jarig bestaan. Vanaf mei 2015 werd wordt het magazine tweemaandelijks uitgegeven. | |
In 2019 bracht men in het juli-nummer van Hayakawa Mystery Magazine een passend eerbetoon aan het schrijversduo dat ons Ellery Queen bracht. De twee neven Manfred B. Lee en Fred Dannay sierden de voorpagina van het blad dat voorzag in een artikel "The Reintroduction of Ellery Queen". |