NAAR PAGINA: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15

PASTICHES (3)

In december 2013 mochten we opnieuw een Dale C. AndrewsWest 87th Irregular pastiche in EQMM verwelkomen: "Literally Dead". Ze omvat onder andere een terugkeer naar dat Klik op het EQMM Podcast icoon om Dale Andrews zelf  “Literally Dead,” te horen voorlezen...New England stadje waar de "square" rond is...  We vinden er Ellery terug die de mysterieuze dood van een bekend auteur onderzoekt. Wrightsville, een gesloten kamer mysterie en een "dying message'! Wat kan een mens nog meer verlangen?

(Klik op het EQMM Podcast icoon om Dale Andrews zelf  “Literally Dead,” te horen voorlezen...)
 
Ter ere van de 75ste verjaardag (2015-16) van Ellery Queen's Mystery Magazine schreef Rand B. Lee een zeer leuke pastiche op Facebook "The Polish Chicken Mystery". Waarin Miss Marple, Sherlock Holmes, en Ellery Queen een poging doen om een oplossing te vinden voor het verbazingwekkende mysterie, "Waarom stak de kip de baan over?"
 
Burt Barnard vestigt onze aandacht op een serie genaamd "Castle" die liep van 2009 tot 2016. De hoofdpersoon heette Richard Castle. Burt wijst erop dat dit een mysterieauteur was die samenwerkte met een politiedetective uit New York City om misdaden op te lossen.
Een kasteel is synoniem met een toren, die, net als de koningin (relevant voor ons doel), ook een schaakstuk is. De centrale figuur was ook een mysterieauteur en, net als Ellery, loste hij misdaden op met een politieagent als familielid. Deze keer was het een vrouwelijke politieagent, die later zijn vrouw werd.
Ik heb even snel op de Wikipedia-pagina gekeken, waar staat dat Richard Castle in de serie op zoek is naar een nieuw hoofdpersonage voor zijn nieuwe boekenserie "Nikki Heat." Onze Nikki Porter zou dat waarschijnlijk waarderen!
 

Toen Josh PachterWest 87th Irregular begon aan Misadventures (2017), herlas hij The Tragedy of Errors en werd geïnspireerd door drie verhalen met daarin iets wat Ellery Queen omschreef als "The Puzzle Club".

Er zijn vijf Puzzle Club verhalen bekend. De drie verzameld in Tragedy of Errors werden eerst gepubliceerd in 1971, “The Three Students” en “The Odd Man” in Playboy en “The Honest Swindler” in The Saturday Evening Post. (De andere twee zijn ouder en zijn eerst uitgebracht in 1965 — “The Little Spy” in Cavalier en “The President Regrets” in Diners’ Club Magazine — en herdrukt in 1968 in Q.E.D.: Queen’s Experiments in Detection.)

Zijn idee voor een kortverhaal leek zeer goed te passen als Puzzle Club verhaal, Josh werkte het af, gaf het de naam “A Study in Scarlett!” en diende het in bij EQMM. Janet Hutchings
West 87th Irregular hield er van, en met de goedkeuring van de Dannay en Lee erven verscheen het in EQMM’s mei-juni nummer van 2019.

The Adventures of the Puzzle Club - Q.B.I.Josh kreeg de smaak te pakket en vatte het idee op om nog vier Puzzle Club pastiches te schrijven om die, na publicatie in EQMM, te verzamelen samen met de vijf originele verhalen in een nieuwe verzameling: The Puzzle Club, door Ellery Queen en Josh Pachter. Janet was het idee genegen, en Richard Dannay, als vertegenwoordiger van de erven was enthousiast.

Boven rechts : In oktober 2022 publiceerde Crippen en Landru deze verhalen in combinatie met Ellery Queen's originele Puzzle Club verhalen. Klik op de cover om meer te lezen in de Q.B.I sectie ...

Daar de titel van zijn eerste Puzzle Club een Sherlock Holmes zinspeling was (op
A Study in Scarlet), dacht hij dat het wel leuk zou zijn die Holmesiaanse zinspelingen in de daaropvolgende verhalen aan te houden — en, daar de eerste ook een kleur bevatte; zou het extra leuk zijn dit in de daaropvolgende titels ook aan te houden.

Het tweede Puzzle Club verhaal, verscheen in het januari/februari 2020 nummer van EQMM, en draagt de naam “The Adventure of the Red Circles” (naar “The Adventure of the Red Circle”). In Nov/Dec 2020 uitgave verscheen vervolgens ook zijn derde bijdrage onder de titel “The Adventure of the Black-and-Blue Carbuncle” (naar “The Adventure of the Blue Carbuncle”).

Voor de vierde titel kwamen een aantal Sherlockiaanse kleurentitels in aanmerking
(“The Five Orange Pips,” “The Adventure of the Yellow Face,” en “The Adventure of Black Peter.”)
, maar Josh ging uiteindelijk voor
"The Five Orange Pipes" (EQMM Jan/Feb 2021). Voor het vijfde en laatste, staat vast dat er opnieuw een verwijzing naar een Sherlock Holmes titel zal zijn maar dit keer zonder kleur. In 1917, schreef Sir Arthur Conan Doyle een Holmes verhaal genaamd “His Last Bow,” en Josh vatte het plan op om dit Puzzle Club verhaal “Their Last Bow” te noemen.

Bestel bij Crippen and Landru door hier te klikken ...
 
Dale C. Andrews is sedert lang een toegewijde Ellery Queen fan en hij heeft verschillende Ellery Queen pastiches for EQMM geschreven. Je hoort hem hier zelf met  “Four Words,” uit het September/October 2020 nummer van EQMM. (Klik op het icoon voor meer) ...."Four Words" Dale C. Andrews'West 87th Irregular Ellery Queen pastiche die verscheen in het september/oktober 2020 nummer van EQMM  J.J. Mc Cue verschijnt als één van de hoofdfiguren.
 

Marco Bigliazzi wijst op de BBC-serie "Beyond Paradise" (2023) en ziet het als een soort geüpdatete versie van de EQ-serie uit '75. Marco zegt dat hij meteen een sterke EQ-smaak kreeg bij het kijken naar de allereerste aflevering. Hij onderbouwt zijn argumenten als volgt:

"Allereerst is het een 'whodunit' - een klassieke, zou ik zeggen, met een lichte komische touch - maar het is waar dat er vandaag de dag andere shows van dit soort zijn (het lijkt erop dat de 'whodunit' een kleine renaissance beleeft op tv en streaming).

Maar het echte ingrediënt dat me trof en me in mijn stoel deed springen terwijl ik naar de show keek (en mijn vrouw ook), is Kris Marshall, die DI Humphrey Goodman speelt: deze zeer lange man, zijn houdingen, gebaren, blikken, zijn hele acteren, deed me sterk denken aan Jim Hutton als Ellery.

Ik zou ook kunnen toevoegen, voor het Queen-universum, dat het kleine denkbeeldige stadje Shipton Abbot (gevestigd in het echte Looe, South Cornwall) waar de verhalen plaatsvinden, wel wat zou kunnen lijken op Wrightsville, maar dat zou te ver gaan.

Ik weet niet of de makers of schrijvers van de show dit met opzet hebben gedaan, maar ik ben er vrij zeker van dat deze smaak bestaat - en geroken kan worden.

Geen inspecteur, geen uitdaging voor de kijker, maar toch is Kris Marshall alleen al genoeg om dit soort déjà vu-effect te veroorzaken - een plezierig effect, inderdaad."

Marco gaat verder: "Beyond Paradise is eigenlijk een spin-off van "Death in Paradise", een vergelijkbare 'whodunit'-serie die zich afspeelt op een fictief Caribisch eiland en al bijna 12 jaar loopt. DI Humphrey Goodman - de Ellery-achtige protagonist van Beyond Paradise, gespeeld door Kris Marshall - verschijnt in seizoenen 3-6 (2014-17), 30 afleveringen die voornamelijk gaan over 'onmogelijke' misdaden of bizarre misdaden. Naar mijn mening, zelfs als in Beyond Paradise de Queen-smaak sterker is, vind ik dat deze daar al aanwezig is."

Ellery Queen is waarschijnlijk één van weinige auteurs die zelf
een hoofdrol kreeg in een detective pastiche. James Holding, die ook verantwoordelijk was voor de jeugdserie rond Queen schreef ook een serie pastiches, op zichzelf waardige mysteries te noemen. Het betrof een serie waarin King Danforth en Martin Leroy bedenkers van de detective "Leroy King" misdaden ophelderen gedurende hun trip rond de wereld. De titels van deze verhalen verwijzen naar de eerste Queen-werken:. 

  "The Norwegian Apple Mystery", november, 1960
  "The African Fish Mystery", 
april 1961
  "The Italian Tile Mystery",
september, 1961
  "The Hong Kong Jewel Mystery",
november, 1963.
  "The Zanzibar Shirt Mystery",
december, 1963.
  "The Tahitian Powder Box Mystery",
oktober, 1964.
  "The Japanese Card Mystery",
oktober, 1965.
  "The New Zealand Bird Mystery",
januari, 1967
  "The Philippine Key Mystery",
februari, 1968.
  "The Borneo Snapshot Mystery",
januari, 1972.

In 2018 verscheen bij Crippen & Landru een verzameling van alle tien deze verhalen samen met een korte biografie van Holding en de meest volledige bibliografie van de kortverhalen van de hand van Holding. Martin en King ontdekken trekken de wereld rond en ontdekken er verhalen die te mooi lijken om waar te zijn. Ze vinden dan ook snel hun eigen verklaring. Leuk, zeker als je bekend bent met het concept van Author, Author! In 2018 verscheen bij Crippen & Landru een verzameling van alle tien deze verhalen samen met een korte biografie van Holding en de meest volledige bibliografie van de kortverhalen van de hand van Holding (rechts).  



De auteur-uitgever verscheen zelfs onverhuld in twee detective-verhalen met een MWA-achtergrond:

De eerste Robert Arthur's "The 51st Sealed Room"
(EQMM oktober 1951)  begint op een MWA bijeenkomst in New York, ze is voorzien van een aantal inside-jokes en commentaren die voornamelijk interessant zullen zijn voor collega detectiveschrijvers en komt uiteindelijk ook bij een moord terecht. Eén van de vermelde schrijvers is EQ. Met de vermelding van de jaarlijkse EQMM wedstrijd en een snoevende auteur die bij het bedenken van een nieuw methode voor een gesloten-kamermoord het volgende zegt:"...wanneer Carr en Queen en de anderen boven dit zullen lezen zullen ze zich vast afvragen waarom ze er niet zelf op gekomen zijn..."


Iets substantiëler was de vermelding in het andere verhaal. Brett Halliday is nog zo'n schrijver die de indruk wil wekken dat de MWA meeting onafwendbaar tot moord aanleiding geven. Zijn in 1954 geschreven novelle She woke to Darkness" begint dan ook op het jaarlijkse MWA murder award diner. Verteller Halliday krijgt ernstige problemen nadat hij een meisje ontmoet en ziet zich genoodzaakt de hulp in te roepen van Mike Shayne. Gedurende het bewuste diner vraagt Frederic Dannay aan Halliday om een ander verhaal te schrijven voor de EQMM wedstrijd. Ook Manfred Lee wordt vermeld; hij diende verstek te laten gaan voor het diner omwille van ziekte in de familie. Bepaalde aspecten van dit verhaal vinden we ook terug in de tv-aflevering  "Murder by the Book" van Columbo"


Kaft voor de Engelse vertaling van La Vie mode d'emploi (Life, a User's Manual, 1987) van de moderne Franse auteur Georges Perec .
In hoofdstuk 87 van zijn wonderlijke
La Vie mode d'emploi uit 1978 (Life, a User's Manual, 1987) beschrijft de moderne Franse auteur Georges Perec de carrière van een kunstcriticus genaamd Charles-Albert Beyssandre door omstandigheden gedwongen zich te verschuilen onder verschillende pennamen; onder de acht die Perec citeert bevinden zich ook "Fred Dannay" en "M.B.Lee". (Maxwell Siegel "The French Author Connection"  Old-Time Detection dec 2009) In vele van zijn andere werken verwijst Perec, direct of indirect, naar Ellery Queen. (Rémi Schulz)



De eerste helft van Tetsuya Ayukawa's, "The Autograph Card of Queen"
(1986) is non-fictie. Het is Ayukawa's beschrijving van zijn ontmoeting met Dannay in 1977 in Japan. De tweede helft is fictie. Het verhaal draait rond een gestolen kaart met daarop Dannay's handtekening. (Masatoshi Saito)

In  2002 schreef Taku Ashibe Tragedy of Q aka The Adventure of The Two Man with Black Masks (Q no Higeki - Mata wa Futari no Kurofukumen no Boken, gepubliceerd in Mystery League, Tor Book). Professor Cotswinkel dode lichaam wordt terug gevonden in zijn research laboratorium in de Detroit Public Library. De getuige die de professor laatst heeft gesproken zegt dat de professor toen beweerde Ellery Queen nog te hebben gezien.  Er zijn echter twee "Queens" in de stad. Zowel Lee en Dannay zijn er namelijk om vermomd als Ellery Queen en Barnaby Ross te spreken in een discussiepanel. Uiteindelijk lossen Ellery Queen en Barnaby Ross, voor hun publiek op grootse wijze ook samen de moord op. (Ho-Ling Wong)

In Masatoshi Saito aka Steven Queen 's "Drury" (2012)  geraakt één van de Queen neven betrokken in een auto-ongeval en wordt door Annie gevonden, zij blijkt ook Barnaby Ross's grootste fan (en haat Ellery Queen). Ze vindt tussen haar patiënt bezittingen ook een naamkaartje van Barnaby Ross terug (aldus ontdekt ze dat hij ook Ross is), en ze geeft "Ross" meteen mee dat ze niet tevreden is met het einde in Drury Lane's Last Case en dwingt hem een ander eind te verzinnen die meer in haar smaak ligt. Een zeer grappig verhaal, omdat het ook perfect de verwarring uitspeelt waarvan de neven ook gebruik maakten toen ze zelf de rol van zowel Ellery Queen en Barnaby Ross opnamen. Het moment waarop Annie echt begint te geloven dat haar patiënt niet Ross maar Queen is, is zowel beangstigend en lachwekkend! De nieuwe verhalen van Drury Lane werken ook op de lachspieren. "Drury"  is op zich ook een zeer effectieve parodie van Stephen King's Misery en bevat  dus wel enkele spoilers voor Drury Lane's Last Case zelf. (Ho-Ling Wong)

    
Boven: (L naar R) Inspecteur Queen van de NYPD geeft Zenigata een lift in Lupin III deel 6 aflevering 3.
Lupin III (Japans: ルパン三世, Hepburn: Rupan Sansei), ook geschreven als Lupin the Third, Lupin the 3rd, of Lupin the IIIrd, is een Japanse mangaserie. Het volgt de inspanningen van meesterdief Arsène Lupin III, de kleinzoon van Arsène Lupin, de gentleman dief van Maurice Leblanc's serie van romans.
In deel 6, aflevering 3, getiteld "Adventure Along the (Bogus) Transcontinental Railroad," (nov. 2021) komt Inspector Queen uit de Ellery Queen-serie op. Hij heeft zelfs 'neven' mee in de vorm van twee jonge aspirant-detectives, genoemd naar de echte neven die het personage oorspronkelijk creëerden.

Lupin en zijn bende trekken naar het landgoed van Lord Marquess om een historisch belangrijk ticket te stelen. De inspecteur begeleidt zijn neven, Manfred en Frederic. De twee zijn neven, maar hebben dezelfde interesses als detectives en voelen zich aangetrokken tot jonge vrouwen. Manfred en Frederic zwerven door de straten van Engeland wanneer ze op een mooie vrouw stuiten die het landgoed van de markies betreedt. Ze zijn behoorlijk teleurgesteld, maar ontdekken al snel een parade voor de president van de republiek Zuid-Ahud, die hem verwelkomt op het feest van de spoorwegliefhebbers. Deze parade is hun ticket om het landgoed binnen te komen en zich te herenigen met de prachtige dame. Zij blijkt Fujiko te zijn, en Lupin is vermomd als de president en ontmoet Morton, vermomd als markies. Lupin haast zich om Fujiko te redden en vindt haar hoofd vastgebonden aan de spoorrails. De trein komt er zo aan en als dit zo is snijdt die zeker Fujiko's hoofd af. Queen en zijn neefjes vinden haar op tijd en stellen voor haar haar af te knippen omdat er geen tijd te verliezen was. Fujiko wordt gered, maar moet het gestolen kaartje afgeven. Zenigata en Queen arresteren Morton, en de neven worden gezien met lippenstift op hun wangen... .
      
Boven: (L naar R) Frederic Dannay en Manfred Lee ontmoeten hun oom inspecteur Queen.
De Engels/Japanse stemacteurs voor Inspector Queen, Manfred Lee en Frederic Dannay zijn respectievelijk Bob Carter/Yutaka Nakano, Matt Shipman/Shuhei Sakaguchi en Tommy Arciniega/Satoshi Nakao). 

Ook Ellery Queen, de uitgever van het detective magazine, bleef
niet gespaard. Hij speelde een bepalende rol in verschillende kortverhalen m.b.t. verhalen die aan het magazine werden aangeboden. Het vroegste voorbeeld hiervan kan misschien worden teruggevonden in Baynard Kendrick's artikel over waargebeurde misdaadverhalen "The Case of the Stuttering Sextant"
(EQMM maart 1947) waar de inleiding werd gebracht door Clayton Rawson in de stijl van
 Dannay, de uitgever compleet met zeer gedetailleerde voetnoten die Kendrick's schrijfstijl in vraag stellen.


Dan
is er ook Rick Rubin's "The Man who hated Editors" (EQMM mei 1960). Het verhaal draait rond een niet zo succesvol schrijver die een ongewoon plan beraamd om met die uitgevers komaf te maken die zijn werk weigerden. Eén van deze uitgevers is deze van "Emory Quinn Mystery Magazine"


Marge Jackson had een ander idee van dezelfde strekking  in "Dear Mr.Queen, editor"
(EQMM april 1963) Zij vertelt over het verhaal dat wordt ingediend door de moeder van 4 kinderen die zowel een reeds gebeurde moord ontrafelt als een toekomstige moord aankondigt. EQ als zeer ongeruste uitgever probeert de tweede moord te voorkomen.


"The Clementine Caper"
(EQMM, november 1956) van Larry Van Benthuysen heeft ook te maken met de uitgave van een verhaal in EQMM. Een doodgewone huisvrouw, Alice, leest in het dagblad een artikel over een pas ontdekt lichaam, dit wordt de basis van haar speculatie rond de moord en lijdt uiteindelijk tot de volgende conversatie met haar man, George:

Alice: George, luister. Clementine werd vermoord,
       zeg ik je en ik kan het bewijzen ook.
George: Moet ik Ellery Queen bellen of kun je de
        boosdoener alleen aan?
Alice: Wat zijn we grappig... Misschien schrijf ik
       dit wel op en stuur het naar EQMM, wordt rijk
       en beroemd en dan kunnen we scheiden.

Alice lost de moord op en krijgt haar publicatie in EQMM maar ...ze scheidt niet van George...



James Holding verwerkte een buitenlandse editie van EQMM in "The Inquisitive Butcher of Nice"
(EQMM, juli 1963) waarin één van de figuren het volgende zegt: "De politie zal kwaad zijn als we ook maar iets beroeren....ze zullen ongetwijfeld zoeken naar vingerafdrukken, sporen, tekenen van een gevecht. Zo wordt het toch altijd gedaan in Ellery Queen's Mystery Magazine welke ik maandelijks lees."

Het was Allen Lang die misschien wel het meest praktische nut voor EQMM vond. Zijn "The Trail of the Catfish" (EQMM januari 1962) gaat over een detective Max Holloway wiens job bestaat uit het achterhalen van de die personen die bibliotheekboeken stelen. Tijdens zo'n speurtocht gebruikt hij EQMM letterlijk als wapen.


EQMM June 2004Waarschijnlijk het meest beroemde eerbetoon aan EQMM kwam er in 2004 met David Koepp's film Secret Window met Johnny Depp in de hoofdrol. De film was gebaseerd op de novelle "Secret Window, Secret Garden" (Het geheime raam) van Stephen King, en is terug te vinden in de bundel Four past Midnight (Tweeduister). Ook Timothy Hutton in de film voor.
Nadat hij zijn vrouw betrapt heeft met een ander, zet Morton Rainey zijn ietwat deprimerend leven verder in een huis diep in de bossen, tot er op een dag een vreemdeling voor zijn deur verschijnt. Deze man, John Shooter, beweert dat Rainey het verhaal "Secret Window, Secret Garden" dat in EQMM verscheen, van hem gestolen heeft en wil hiervoor verantwoording. Het verhaal zelf begint waarheid te worden...
Morton Rainey verscheen nooit in EQMM maar dat weerhield EQMM niet om minstens één nummer (juni 2004) aan dit opvallende eerbetoon te wijden.



EQMM
liet een
EQ pastiche van de hand van Arthur Vidro
West 87th Irregular publiceren, maar ietwat ongewoon verscheen het eerst alleen online (okt 2011). In dit verhaal wordt een exemplaar van een volledige collectie van EQMM edities gestolen. Thomas Velie & Johnson verschijnen in dit verhaal maar het detectivewerk wordt gedaan door journalist Mark Wayne Howard (Velie noemt hem ook 'maestro'). Een noodzakelijke ingreep daar Ellery Queen enkel in het verhaal voorkomt als het pseudoniem voor de samenwerking tussen Dannay/Lee.  Sedert maart 2018 is dit verhaal ook afgedrukt terug te vinden in de bloemlezing The Misadventures of Ellery Queen.


I
n de lente van 2013 werd Joe Goodrich'sWest 87th Irregular kortverhaal "Dear Mr.Queen" gepubliceerd in de MWA anthologie The Mystery Box, uitgegeven door Brad Meltzer ... Joe maakte van 2012 eerder al een speciaal jaar door zijn samenstelling van Blood Relations: the selected letters of Ellery Queen 1947-1950. Dear Mr.Queen is het verhaal van een 14-jarige jongen uit een klein stadje in Minnesota die detectiveverhalen schrijft en die opstuurt naar EQMM. Hij krijgt een idee voor een nieuw verhaal gebaseerd op gebeurtenissen in zijn buurt - gebeurtenissen die uiteindelijk uitdraaien op een echte moord, en kort daarop beginnen het verhaal en de werkelijkheid op heel onverwachte wijze door elkaar te lopen.


In 2016 vierde EQMM zijn 75ste verjaardag. Het augustusnummer bevatte "The Ten-Cent Murder" van Joseph Goodrich
West 87th Irregular met niemand minder dan Fred Dannay in de rol van speurder. Joseph Goodrich, acteur, schrijver van kortverhalen, dichter,en als toneelschrijver winnaar van een Edgar Award,  hielp EQMM bij het vieren van  zijn 75ste verjaardag met een verhaal waarin EQMM stichtend redacteur Frederic Dannay en dienst vriend en medeschrijver Dashiell Hammett de hoofdrol vertolken. Origineel gepubliceerd in het augustusnummer van 2016, maar hier is  “The Ten-Cent Murder” te horen als Podcast voorgelezen door de auteur zelf. Om de podcast te horen kun je hier klikken...Het verhaal situeert zich in de vroege jaren vijftig toen Dashiell Hammett nog detective schrijven onderwees aan de Jefferson School of Social Science in Manhattan. Dannay was er een occasionele gast in Hammett's klas. In het verhaal speelt er zich een moord af op school en Dannay wordt gevraagd het op te lossen... Er wordt hem een 'dying clue' voor de voeten geworpen, echt iets naar zijn tand.


Op 31 augustus 2016 bracht EQMM's blog, Something is Going to Happen,
Arthur Vidro'sWest 87th Irregular heerlijke, “The Mistake on the Cover of EQMM #1”. Ter gelegenheid van de 75ste verjaardag het het magazine bracht EQMM uitgever Janet HutchingsWest 87th Irregular niet alleen het verhaal maar van de 'Uitdaging aan de lezer' werd prompt ook een wedstrijd gemaakt. Alhoewel in het verhaal zelf diverse namen uit het Queen universum worden gebruikt is enkel EQMM een reële referentie. Het verhaal zelf zit boordevol met verborgen verwijzingen, waarvan sommige makkelijk zijn maar anderen je misschien nog kunnen verrassen. Als je ze niet allemaal kon ontdekken, geen nood de blog voorzag ons naast de oplossing ook met "Easter in the Autumn" van Josh PachterWest 87th Irregular, die de verwijzingen uit de doeken doet.

Steeds meer worden de naam en het werk van Ellery Queen belangrijker en beïnvloedt het anderen. In zoverre dat zijn naam wordt ontleend om als 'nieuwe' figuur op te treden in detectives. Zo is er bijvoorbeeld Margaret Austin's "Introducing Ellery's Mom" (EQMM juli 1962) een voorbeeld van een verhaal uit de jaren 60 waarin figuren naar Ellery Queen genoemd zijn.

Op de leeftijd van zestien schreef Josh Pachter als ontluikend auteur en Ellery Queen fan dit verhaal, welke hij zag gepubliceerd worden in EQMM's in december 1968, zoals het hoort in het "Department of First Stories". In de daaropvolgende jaren zou Josh Pachter nog vele verhalen en samenwerkingen op zijn actief hebben, zowel op gebied van het vertalen van detectives als met het schrijven er van. De 50ste verjaardag van de publicatie van zijn debuut, werd passend gevierd met een nieuw verhaal rond de centrale figuur van dit verhaal, Ellery Queen Griffen, het is terug te vinden in het November/December 2018 nummer, en de auteur zelf nam het ook op voor deze podcast “E.Q. Griffen Earns His Name." Om de podcast te horen kun je hier klikken...Dit was net zo in Josh Pachter'sWest 87th Irregular "E.Q.Griffin Earns his Name" (EQMM dec 1968) en "E.Q. Griffen's Second Case" (EQMM mei 1970). Het derde verhaal rond de Griffen familie, "Sam Buried Caesar," (EQMM aug 1971) focust zich meer op Ellery's broer Nero Wolfe Griffen.
Zoals eerder reeds aangehaald werd Josh Pachter tweede in de EQMM Lezers competitie voor 2018 met een verhaal dat zijn EQMM debuut van vijftig jaar voordien in herinnering brengt. Als auteur van meer dan 100 gepubliceerde verhalen in die halve eeuw tussen zijn debuut op zeventienjarige leeftijd en de publicatie van zijn 50ste verjaardagsverhaal, is de auteur net zo bekend voor EQMM lezers als vertaler voor de Passport to Crime rubriek. EQMM en Josh maken zijn verhaal beschikbaar op de podcast pagina van het blad. Je hoort hem hier zelf zijn verhaal “50” voorlezen, "50" werd origineel gepubliceerd in het november/december EQMM nummer van 2018. Ter gelegenheid van de vijftigste verjaardag van zijn eerste publicatie in het blad was in het november/december 2018 nummer van EQMM  “50” te lezen, een nieuw E.Q. Griffen verhaal waarin Ellery, nu vijftig jaar ouder, terugkijkt op een zaak, met een typische Queenachtige stervensboodschap, die hij een halve eeuw geleden niet kon oplossen.

        
Boven: Josh poserend voor de (vergroting van) kaft voor het november/december 2018 nummer van EQMM waarin zijn verhaal  "50" terug te vinden is. (Foto met dank aan Josh Pachter
West 87th Irregular).



Richard M.Gordon schreef een slimme mysterie-parodie gebaseerd op Thomas Gray' gedicht genoemd "Ellery in a Country Churchyard"
(EQMM, sep 1964)


 
William Brittain schreef "The Man who Read Ellery Queen"
(EQMM dec 1965) over Arthur Mindy, een alerte tachtigjarige die in een bejaardentehuis wordt opgenomen onder de voorwaarde dat hij zijn de enige bezitting die hij waardevol acht, zijn complete Queen-collectie, mag meenemen. In het home lost hij een misdaad op a la EQ door gebruik te maken van pure logica en krijgt het ultieme compliment door te worden beloond met de woorden: 'Dank u, Mr.Queen".



"Death of Mallory Queen" van Lawrence Block (1984, Like a Lamb to the Slaughter; maar ook 1999, First Cases 3) is een verhaal rond Chip Harrison en zijn werkgever Leo Haig. De uitgeefster van Mavis Mallory Mystery magazine vraagt Haig om jaar aankomende moord te verhinderen. Haig verzamelt alle verdachten (waarvan één de naam Lotte Benzler draagt), samen met twee agenten in zijn bureel thuis en onthuld wat de lezer alleen maar het raden naar heeft. Leo modelleert zichzelf naar Nero Wolfe en het slachtoffers bijnaam, "De Mallory Queen," is een eerbiedige knik naar een icoon in de industrie.



Click if you think you can help out...!

Referenties
(1) "The Misadventures of Ellery Queen" van Marvin S. Lachman,
     The Queen Canon Bibliophile Vol.1 Nr.4 aug 1969
(2)  "from..... tqcb" van Nils Hardin in Xenophile #14, 1975
(3) "The Misadventures from Ellery Queen" Jon L. Breen
      EQMM
Sep/Okt 2005

(4) "Maintaining EQuilibrium" at SleuthSayers blog, posted on
     October 12, 2018


 

NAAR PAGINA: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15


 
Inleiding | Plattegrond | Q.B.I. | Liist Verdachten | Wie?  | Q.E.D. | Moord en scene | Nieuw | Auteursrecht
Copyright © MCMXCIX-MMXXII   Ellery Queen, een website rond deductie. Alle rechten voorbehouden.