NAAR PAGINA: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15

INVLOEDEN



In de twintiger jaren waren drie van de meest populaire
figuren: Mr. Tutt, Charlie Chan en Philo Vance. Mr. Tutt was een advocaat (schepper: Arthur Train), geen detective, maar de verhalen rond zijn figuur concentreerden zich vaak op misdaad en wettelijke aangelegenheden. Earl Derr Biggers' Charlie Chan is belangrijk omdat het waarschijnlijk de eerste Chinese fictionele detective was. S.S.Van Dine's Philo Vance was ooit zeer populair, maar zijn voornaamste betekenis voor ons ligt in het feit dat hij de aandacht op de Amerikaanse vorm trok. Het was een zeer grote invloed voor de vroege Ellery Queen. Dannay herinnert zich: "...Van Dine beïnvloede ons aanvankelijk omdat hij zoveel geld verdient had, maar daarna sprak hij ons vooral aan door hetgeen hij toen deed . Het was complex, logisch, deductief,...bijna geheel intellectueel..."
(NevinsWest 87th Irregular)
Toen de neven dachten deel te nemen aan de McClure wedstrijd was Van Dine op zijn hoogtepunt van zijn succes. De invloed die dit idool had is maar wat duidelijk. Zoals JJMcC in zijn introducties meerdere malen aan gaf trok Ellery Queen op rust richting Italië: precies die plaats die ook Van Dine voor de op rust zijnde Philo Vance had uitgekozen. Ellery Queen was net als Philo Vance een pseudoniem om de ware identiteit van de speurder te verbergen. Ze hielden beide van pompeuze literaire verwijzingen. Vance werd door zijn vriend Markham toegang verleend tot de plaats van de misdaad, terwijl Ellery zich hiervoor diende te beroepen op zijn vader. Sergeant Velie, Doc Prouty en zelfs Djuna hadden allen hun tegenhanger in de Van Dine boekens als respectievelijk Sergeant Heath, Dr. Doremus en de butler Currie. Ellery Queen (detective en auteur) onderging enkele zeer opmerkelijke veranderingen tijdens zijn bestaan. Geleidelijk aan ontwikkelde hij zijn eigen stijl alhoewel hij altijd zijn puzzelplot steeds trouw bleef aan de traditie van Van Dine. Samen met Agatha Christie en John Dickson Carr, was hij één van de drie belangrijkste schrijvers van het op puzzels gebaseerde detectiveverhaal. Zoals Jon Tuska aangeeft is de verdienste van Ellery Queen misschien te herleiden tot het feit dat hij het klassieke verhaal zoals door Van Dine ontdekt een generatie verder bracht en een "haven" creëerde voor de lezers die, al was het maar voor enkele tellen, wilden geloven dat de complexiteiten van het moderne leven konden worden herleid tot een probleem van deductie.



Zonder meer kunnen we stellen dat Poe een van EQ's favoriete schrijvers was. Niet in zijn minst door het detective genre leven in te blazen. Als bewijsmateriaal geven we een uitspraak van Ellery Queen zelf gepubliceerd in Ellery Queen's 1960 Anthology:

And Poe said: Let there be a detective story.
And it was so. And when Poe created the de-
tective story in his own image, and saw every-
thing that he had made, behold, it was very
good. And he cast the detective story origin-
ally in the classic form. And that form, as
it was in the beginning, is now and ever shall
be, world without end, the true form. Amen.
 

Ondanks deze adoratie lag bij Queen de oplossing tot het verborgen-voorwerp-probleem enigszins anders dan bij Poe. In "The Purloined Letter", is de vermiste brief is een zo voor de handliggende plaats dat niemand er ook maar aan denkt om er te gaan zoeken. EQ's aanpak is wel verwant, maar toch anders. In EQ's verhalen wordt er vaak een publiek ritueel herhaald. Aan het eind van dit ritueel is er meestal één of andere container waarin het vermiste voorwerp dan is verborgen. In "The Trojan Horse" bijvoorbeeld staat er een voetbalwedstrijd te beginnen en de vermiste edelstenen zijn in de bal zelf verborgen. Deze container lijken symbolen voor een baarmoeder of ei. Dikwijls zullen deze voorwerpen dan nog buiten de perimeter van het onderzoek worden geplaatst. Het wegwerkende middel is dan ook vaak een andere voorwerp, vaak met fallische of mannelijke symboliek.. In "The Trojan Horse" is dit wegwerkende figuur de voetbalspelers zelf.

Een andere sterke invloed op de vroege Ellery Queen was
Conan Doyle's Sherlock Holmes. Als zieke 12 jaar oude jongen werd Fred door een tante een boek te lezen gegeven, dit boek was De Avonturen van Sherlock Holmes en hij volledig overweldigd door Holmes' intellect. Als detective werd Ellery Queen zelf vaak omschreven als "de logische opvolger van Sherlock Holmes". Als een schrijver volgde hij Holmes in geest en er weerklinken echo's van Holmes in vele van de vroege Queenverhalen, zeker in de bundeling kortverhalen The Adventures of Ellery Queen. Als samensteller, verzamelde Queen een aantal parodin en pastiches onder de naam The Misadventures of Sherlock Holmes.
Na de publicatie in 1945, ondanks Adrian Conan Doyle's aanhoudende maar vergeefse protest, ontdekte Fred Dannay dat zijn agent in 1941 niet alle toestemmingen voor het gebruik van het Sherlock materiaal had verworven voor gebruik in 101 Years' Entertainment. Toen Dannay Adrian van deze onopzettelijke fout op de hoogte bracht, dreigde die met een rechtszaak tegen 101 Years' Entertainment tenzij Dannay akkoord ging om The Misadventures publicatie te onderdrukken, waarmee Dannay niet anders kon dan akkoord gaan. In de latere uitgaven van 101 Years' Entertainment (te beginnen met de Garden City herdruk in 1945), werd een Nick Carter verhaal gebruikt als vervanging voor het Sherlock materiaal.

De volgende grote invloed was, zo mogelijk, van een nog meer verpletterende aard: Maurice Leblanc's Arsene Lupin, die held met buitengewone geestdrift, opperste brutaliteit, en vurige geest. Eerder de koele man, daar waar Holmes in vergelijking eerder te omschrijven valt als de koude man. Lupin's aantrekkingskracht op Fred's emoties was groter dan Holmes' appeal op z'n intellect. Fred Dannay:  "Maurice Leblanc's plotlijnen, in boeken als 813 (zijn meesterwerk), hadden een enorme invloed, zowel op technisch als creatief vlak van mijn verbeelding en na al die jaren sta ik nog steeds bij hem in het krijt."
Drury Lane kreeg zeker Lupin's buitengewone talent om zich te vermommen mee...

 

De novelist en dichter Thomas Hardy  (2 June 1840 – 11 January 1928) wordt beschouwd als een determinist, vooral omdat zijn hoofdrolspelers worden bestuurd door de aard van de dingen of door superieure krachten. Met andere woorden, de onafhankelijkheid van de menselijke wil in Hardy's fictie is moeilijk te bevestigen, omdat de strijd van de mens tegen de 'wil' alleen maar leidt tot zijn toekomstige mislukkingen. (Fazel Asadi Amjad, Esmaeil Najar Daronkolae - Thomas Hardy and Urbanization: The Role of Determinism in Tess of the D’Urbervilles).
Specifiek gericht op de Wrightsville verhalen deed Nick Fuller een gewaagde uitspraak "Was Ellery Queen
een Thomas Hardy fan?" Hij gaat verder met enkele duidelijke verwijzingen in zowel Double, Double (een van de slachtoffers verandert zijn naam in Thomas Hardy) als Ten Day's Wonder, waar Diedrich Van Horn de plaats van God inneemt als de controlerende factor die zo typerend is voor Hardy's determinisme.
Nick gaat verder met te zeggen dat in
Calamity Town "Nora de letters ontdekt vanwege "toeval, of het lot, of gewoon ongeluk", en Ellery slaagt er niet in om het mysterie op te lossen tot vier maanden na de moord vanwege "het Lot"
In The Murderer is a Fox is de ‘misdaad’ natuurlijk een ongeluk – Opnieuw het lot aan het werk. 'In zekere zin, Bayard, heeft puur toeval je vrouw vermoord.'
In Ten Days’ Wonder mijmert Ellery dat als hij bijgelovig zou zijn, hij zou zeggen dat zijn terugkeer naar Wrightsville voorbestemd was."
Dannay, die zelf ook poëzie schreef, moet Hardy's werk goed hebben gekend.

 

Op zoek naar de favoriete schrijvers van Manny Lee kwamen we bij een brief uit 1967 met een verklaring dat aanvankelijk voor "jongens uit de sloppenwijken" alleen Horatio Alger's helden beschikbaar waren, de meest onuitstaanbare etters uit de Amerikaanse literatuur of als hij het wat buiten zijn eigen klasse moest vinden dan bij de Merriwells, Frank en Dick, of bij Dink Stover in Yale. Daarbij kun je alvast was genoegens tellen waarvan hij kon genieten onder de bedlakens met de paperback Wild West Adventures.
Hij was gefascineerd door Abraham Lincoln, en heeft Winston Churchill's The Crisis wel zes maal gelezen.
Verder ook een schrijver genaamd Altshuler, wiens veld volledig ingenomen was door de nobele Redman, was één van zijn favorieten. Cooper was er ook één. Jules Verne nog een ander. Ook Poe natuurlijk. En Arthur Conan Doyle. Alsook een detective schrijver genaamd Arthur B. Reeve. Jack London mag je ook aan die lijst toevoegen. En, wat later, ook Joseph Conrad. En uiteindelijk net voor hij aan zijn derde decennium begon ook, James Branch Cabell, wiens Jurgen  in zijn dagen zowat de Bijbel onder de schoolgaande jeugd kon worden genoemd. In zijn twintiger jaren waren er, vanzelfsprekend ook de meer "ernstige" schrijver als - F. Scott Fitzgerald, Hemingway, Anatole France & co.
Manfred schreef ooit een fanbrief aan humorist Fred Allen waarin hij uitlegde dat hij een fan was van diens boek Treadmill to Oblivion
(1954), het beschreef Allen's dagen bij de radio en was een groot succes in die tijd. Als tegenprestatie was Ellery Queen naar verluidt de onwetende inspiratiebron voor menige radio afleveringen met de Oosterse detective One Long Pan die moeite heeft met de uitspraak zo noemde hij Ellery Queen "Celery Spleen".

         Gevierde speurhonden uit de fictie in een set (700.000) uitgegeven op 12 juli, 1979. Meerkleurendruk gecombineerd met tekeningen van de I.P.Z.S. in bladen van 40 op wit niet van watermerk voorzien papier geperf. 13½ x 14, met PVA gom, gegraveerd door Giorgio Toffoletti. Uitgegeven naar aanleiding van de 50ste verjaardag van Interpol.
Boven links: Gevierde speurhonden uit de fictie in een set (700.000) uitgegeven op 12 juli, 1979. Meerkleurendruk gecombineerd met tekeningen van de I.P.Z.S. in bladen van 40 op wit niet van watermerk voorzien papier geperf. 13½ x 14, met PVA gom, gegraveerd door Giorgio Toffoletti.
Boven rechts:  Uitgegeven naar aanleiding van de 50ste verjaardag van Interpol.
 
Op één schrijver moet EQ wel een zeer grote invloed hebben
gehad, alhoewel dit niet vaak in naslagwerken wordt besproken, en dat is op John Dickson Carr. Carr's onmogelijke moordzaken werden gemodelleerd naar G.K. Chesterton. Maar zijn logische, systematische aanpak van het onderzoek dat volgt doen enorm aan deze van Ellery Queen terug denken. Beide auteurs onderzoeken alle aspecten van een misdaad tot op de bodem, constant zoekend naar nieuwe inzichten in zijn onderliggende oorzaken, nieuwe aanwijzingen, nieuwe informatie. Beide leggen de nadruk op de bewegingen van de personages op het ogenblik van de misdaad, alsook op hun onderlinge interacties die ze opbouwen in complexe patronen. Beide zijn geïnteresseerd in het grondige onderzoek van de misdaad zelf, waar Agatha Christie's speurwerk zich bijvoorbeeld meer toelegt op de achtergrond van de personages, hun verborgen verleden, hun relaties,...

Het concept dat de drie grootste schrijvers van de klassieke detective Christie, Carr en Queen zijn is niet nieuw. Anthony Boucher was de eerste die deze drie namen aan elkaar zou koppelen. Hij plaatste ze terloops samen op een lijst van de "grootste namen" in detective fictie. Dit werd nog meer nadrukkelijk gedaan door Jon L. Breen die hen als de grote drie van het klassieke verhaal omschreef. Hij drukte ook zijn spijt uit over het feit dat er zich niet meer schrijvers van dat kaliber aanboden. Sinds Breen echter werd door vele andere schrijvers, enkel onopvallend naar deze groep verwezen, zodanig zelfs dat het de status krijgt van cliché alsof het om een vaststaand feit gaat. Men roept deze drie ook vaak aan om een bepaalde traditie op te roepen, met name deze van de kundig gemaakte puzzeldetective, in plaats van uit te wijden in een discussie  over de geschiedenis van het detective genre. In een kritiek kan men bijvoorbeeld, volledig terecht stellen dat Bill Pronzini's Case File excellente verhaallijnen van een puzzelverhaal bevat in de traditie van Christie, Carr and Queen.  Men erkent hiermee blijkbaar een bepaalde standaard van kwaliteit. De uiteindelijke bron van dit idee is waarschijnlijk wel dat het de enige drie detectiveschrijvers zijn die een groot aantal van briljant in elkaar gestoken puzzelverhalen neerschreven. Deze techniek zou later ook nog doorsijpelen in de boeken van Ngaio Marsh. Waar ook een plattegrond en de bewegingen van de verschillende figuren op de plattegrond een belangrijke rol gaan spelen. Het zijn wel gedefinieerde en gevarieerde types met ieder zijn eigen interesse in het gebeurde. De hoofdstuktitels zijn eerder schematisch. In plaats van zich af te vragen of Marsh een Van Dinean is; is het misschien correcter zich af te vragen of ze niet direct door Ellery Queen werd beïnvloed.  (Michael E.Grost)

Shizuko Natsuki (1938-2016) was niet alleen een bekend Japanse schrijfsters van mysteries. Als zus van Fred's uitgever in Japan, Kozo Igarashi was ze ook de tolk voor Fred Dannay & Rose Koppel toen ze in 1977 voor het eerst Japan bezochten. Dus mag het geen verrassing heten te weten dat Shizuko Natsuki één van haar werken als eerbetoon aan Ellery Queen W no Higeki (1982) noemde. Als "De Tragedie van W" Mooi passend in de Drury Lane reeks. Het boek werd in 1984 nog verfilmd met als Engelse titel Murder at Mt. Fuji en werd ook verschillende malen in TV reeksen omgezet.

In zijn artikel "Ellery Queen is alive and Well and Living in Japan" beschrijft Ho-Ling Wong Ellery Queen's invloed op Japanse schrijvers.

In de jarig 80, kwam er een nieuwe richting, die meteen ook afstand nam van de voor die tijd gebruikelijke lichtere genre. Sōji Shimada’s boek The Tokyo Zodiac Murders kan beschouwd worden als het eerste voorbeeld hiervan en zijn eersteling was meteen ook een eerbetoon aan klassiekers als Ellery Queen en John Dickson Carr. Het had een verfijnd puzzelplot met een gesloten kamer mysterie, meester-detective, een uitdaging aan de lezer en zelfs een onthoofd lichaam. Of om precies te zijn lichamen.

De term shinhonkaku-ha, de Nieuwe Orthodoxe School, werd voor het eerste gebruikt door Shimada om te verwijzen naar de reeks boeken van Yukito Ayatsuji.
Het werd de naam voor de ganse literaire beweging geïnspireerd door
de Golden Age detective boeken. Schrijvers van die richting verwerkten de klassieke elementen maar nog belangrijker, ze plaatsten de verhalen voornamelijk in hedendaagse tijd en settings. Deze schrijvers bewezen hiermee dat het puzzelmysterie perfect kon werken in moderne tijden.

Andere populaire schrijvers van de Nieuw Orthodoxe School zijn Rintarō Norizuki en Alice Arisugawa. Beide schrijvers zijn sterk door Ellery Queen beïnvloed. Beide hebben hun hoofdpersonage naar zichzelf genoemd, net zoals ook hun grote voorbeeld deed. Beide schrijvers voegen vaak een Uitdaging aan de Lezer aan hun verhalen toe. Zoals je ook uit zijn voornaam kunt afleiden, maakt ook Arisugawa vaak gebruik van de beeldspraak uit Alice in Wonderland, zoals ook Ellery Queen placht te doen, terwijl Norizuki Rintarō’s karakters die van Ellery Queen bijna volmaakt imiteren. Zo is zijn hoofdfiguur, een schrijver, ook genaamd Norizuki Rintarō, die zijn vader een politie-inspecteur helpt. Norizuki’s prijswinnend kortverhaal “An Urban Legend Puzzle” is een prachtig voorbeeld van de Nieuw Orthodoxe School. Alhoewel het een klassiek puzzelverhaal betreft, maakt de verwerking van urban legends het modern. Meer recente namen in de richting zijn die van Natsuhiko Kyōgoku en Mori Hiroshi.

Schrijver-artist Gōshō Aoyama voorzag de ingenieuze plots en puzzels die zoveel misdaadfans bekoorden voor zijn reeks Detective Conan. Meer hierover lees je hier...

Kaft van "The English Garden Mystery" (sep 2022) door Dan AndriaccoAuteur Dan Andriacco, een voormalig journalist en recensent van mysterieboeken, heeft niet alleen veel geschreven en gesproken over Sherlock Holmes,  maar deze Baker Street Irregular (BSI) produceerde sinds 2011 ook minstens één nieuwe mysterieroman per jaar. Zijn belangrijkste mysterieserie, met daarin Sebastian McCabe, Jeff & Lynda Cody, speelt zich af in het stadje Erin aan de oevers van de Ohio River. In september 2022 verscheen het nieuwste McCabe en Cody boek onder de naam The English Garden Mystery.

Zoals Dan zelf uitlegt: "Het boek is een eerbetoon aan de grote Ellery Queen uit de Gouden Eeuw (de neven Frederic Dannay en Manfred B. Lee delen een gezamenlijk pseudoniem), te beginnen met de titel. De namen van de eerste negen romans van Queen hadden allemaal een bijvoeglijk naamwoord gevolgd door een zelfstandig naamwoord, van 'The Roman Hat Mystery' tot 'The Spanish Cape Mystery'.

Daarnaast deelt het nieuwste avontuur van Mac en Jeff nog een aantal andere tropen met de vroege Queen:

De ondertitel "A Problem in Deduction." Check!

Een excentrieke familie die onder één dak of in een bijgebouw van de nabijgelegen huizen woont. Check!

Een kaart waarop staat waar de familieleden wonen. Check!

Een Shakespeariaans thema dat door de verhaallijn loopt. Check!

Een "Uitdaging aan de lezer" op het moment dat alle aanwijzingen voor het oplossen van de moord aanwezig zijn. Check!

Een perfect logische oplossing - die vals blijkt te zijn, waardoor een soort dubbel einde ontstaat wanneer de echte oplossing wordt onthuld. Check!

Een stervende boodschap van het slachtoffer die de moordenaar identificeert. Check, of misschien ook niet!

De Queen neven hadden ook meerdere namen. Manfred Bennington Lee werd geboren als Emanuel Benjamin Lepofsky en Frederic Dannay begon als Daniel Nathan. Ik denk graag dat Dannay, die de Sherlockiaan van het duo was, het niet erg zou vinden dat een van de verdachten in 'The English Garden Murders' een apotheker met de naam Nathan Daniel is."

Zelfs de bijgevoegde kaart van Stratford Court doet ons denken aan de kaart voorzien in Queen's The Player on The Other Side ... In zijn boek Queen City Corpse (2018) speelt het verhaal zich af tijdens een QueenCon mysterieconferentie in Cincinnati en het vermoeden bestaat dat er wel meer verwijzingen in zijn werk "verborgen" zitten ...

Was dit echt de eerste verwijzing naar Ellery Queen in zijn verhalen voorzag? Dan verduidelijkte dit zelf door te stellen dat zijn eerste verwijzingen naar EQ waren te lezen in Bookmarked for Murder (12 keer) en Queen City Corpse (17 keer). Hij voegde er aan toe: "Ik heb de naam ook in vier andere boeken genoemd. Maar eigenlijk is mijn werk heel erg door hem beïnvloed. Ik heb heel vaak stervende berichten en een valse oplossing vóór de echte - klassieke Queen-apparaten!"
 

NAAR PAGINA: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15


 
Inleiding | Plattegrond | Q.B.I. | Liist Verdachten | Wie?  | Q.E.D. | Moord en scene | Nieuw | Auteursrecht
Copyright © MCMXCIX-MMXXIII   Ellery Queen, een website rond deductie. Alle rechten voorbehouden.